Sandwicheswee
Mijn dames hebben voor de lunch gezorgd. Zij hebben te Bouillon, in het hotel, sandwiches besteld, en die zullen wij nu ergens, op een mooi plekje, langs de weg, gebruiken. Dat was 'n uitstekend idee; want hier iets te gebruiken, in die mest- en modderdorpen, brrr...!
De wagen staat in een heerlijk zonneplekje, bij een helling, voor een mooi vergezicht van bos en heuvelen stil, en er wordt uitgepakt.
Lieve hemel, wat 'n lijvig pak! Wat mag daar al inzitten?
- Niets dan zestien sandwiches, voor ieder van ons vier, verzekeren mijn dames.
Sandwiches! Zijn dát sandwiches! Ik pak uit: een, twee, drie, vier dikke hompen brood, met reuzenplakken ham ertussen. Zestien zijn er zo, genoeg om de honger van een escadron cavalerie te stillen!
Mijn dames zijn verontwaardigd. Zij hadden toch immers sandwiches, sándwiches besteld! Weten die domme lui in Bouillon dan nog niet wat sandwiches zijn?
Ik heb vanmorgen nogal haastig in 't hotel de rekening betaald, zonder naar 't detail te kijken. Ik vond het alleen wat duur. Nu ben ik toch benieuwd wat ze voor die... sandwiches gerekend hebben.
‘Pain et jambon 14 francs’, staat op de rekening.
Mijn dames zijn geconsterneerd, en ik niet minder. We hadden 't ook nog wel gedeeltelijk uit zuinigheid gedaan! Wie moet dat nu opeten? Waren er hier maar enkele kinderen? Maar er zijn immers geen kinderen in Frankrijk! Dan ergens opzij van de weg neerleggen? Neen, niemand zal 't willen; iedereen zal denken dat er iets vies aan gedaan is.
Achter in de kap van de wagen dan maar, bij de overtollige rommel, waar de trompet, de beruchte trompet van 't kale bolletje ook al zijn plaats gevonden heeft, wachtend op een desinfectie-beurt.