heel, héél kort. Slechts één uur is er gezegd. Nu reeds mag ik mij flink reppen.
Ik maak mij klaar en zal gaan. Maar, waarachtig, daar is alweer die stomme grote mug, zwervend om het web heen, met zotte, dansende bewegingen, alsof ze de deftige spin voor de gek hield. Nog nooit heb ik iets zo mals gezien. Dat dier is, of krankzinnig, of dronken. Dronken;...? Van wat...? Dus krankzinnig. En ik vergeet de tijd; ik verlustig mij in 't gezicht van een krankzinnige mug!
Zij danst... zij danst... nu eens de ‘two step’ dan weer de ‘tango’ dan weer de ‘fox-trot’. Of is 't iets anders dat ze danst: een wild-tragische dans, een dans van hypnotisme en betovering, een dans van onontkoombaarheid, een dodendans, dáár, voor het verraderlijk net van de valse, wrede spin, die haar zal vangen en verslinden? Plots haakt zij weer en nu met twee, drie poten tegelijk, zodat zij zich niet dadelijk los kan werken. Zij schudt en wringt, maar 't is te laat: de spin schiet toe en plakt haar zuigers op de hals.
Vreemd is het; vreemd stil. De mug maakt geen beweging meer. 't Is of ze eensklaps grote rust voelt en voldoening. De spin keert zich even half om, als om in gemakkelijker houding het bloed uit te zuigen en de twee dieren hangen daar weer een oos gans onbeweeglijk, alsof zij elkaar een innig-groot geheim toefluisteren. Dat duurt zo heel, héél lang. Dan krijgt de mug, die ik reeds dood waande, nog een laatste, korte levenscrisis; en daarmee is het uit: de mug is niets meer dan een leeg omhulsel tussen de broze draadjes van het web.
Mevrouw de spin laat haar slachtoffer los. Loom kruipt zij naar haar plaats terug. Zij blijft er echter slechts een ogenblik. Zij keert zich weer om en klautert naar boven onder 't dak, waar ze zich in haar privé-appartement terugtrekt. 't Is uit voor een poos. Zij gaat wat rust nemen. Zij verwacht geen verdere bezoeken meer. Mocht er echter onverwachts nog iemand komen, dan...
Ik kijk opnieuw op mijn horloge. Drommel! Het is te laat geworden! Ik zal Foch en Poincaré niet meer zien! Niets aan te doen. 'k Zal het in de avondcouranten lezen!
De couranten liggen voor mij en ik lees ze. Wat 'n geestdrift!