als gewoon knecht vegeteren, terwijl hij 't maar moest willen om zelf heer en meester te worden! Maria had het niet langer in zich kunnen opkroppen. Eerst aan Oculi, daarna aan Clotilde en aan Frank had zij verteld hoe het stond met de verhouding tussen Ivan en Gladys. Een opschudding, toen ze dat hoorden! Oculi en Clotilde bekeken hun broeder alsof zij een wonder aanschouwden. Alleen Franklin, als vertegenwoordiger van het wettelijk gezag, moest afkeuren. Ivan zelf wist trouwens niet, dat zij op de hoogte waren en begreep niets van hun vreemde houding tegenover hem. Hij kreeg alleen geweldig het land aan Maria, die telkens weer met dezelfde brommerijen voor de dag kwam.
- Gien domme loeder! Gie kalf da ge zijt! Ge loat de schuenste occoazie van ou leven ongebruikt veurbijgoan! Ze zit op ou te wachten en ge 'n vroagt heur niet! Ge zilt ou beetses deur 'n ander, loate pakken, gien uil die ge zijt!
Ivan, hevig gesard, wist niet wat daarop te antwoorden. 't Was onbegonnen werk Maria diets te willen maken, wat hijzelf in het karakter van Gladys niet snappen kon.
- Och! loat mij gerust; ge 'n verstoa gij die dijngen niet! antwoordde hij telkens met weerzin. Maar het scheve van de verhouding en zijn eigen onmacht maakten hem wanhopig, terwijl hij ook wel voelde, dat de toestand zo niet duren kon. In zijn slapeloze nachten dacht hij onfeilbare middelen uit om tot een of ander beslissing te komen; maar 't was voldoende, dat hij Gladys vóór zich zag om al zijn moed te voelen zakken. Hield hij ondanks alles, wellicht niet genoeg van haar om tot het uiterste voor haar bezit te strijden? Misschien... hij wist het soms zelf niet meer en Maria maakte hem dol. Hij wist alleen, dat hij diep en diep ongelukkig was. Soms had hij willen vluchten, alles in de steek laten en vol heimwee, weer naar Vlaanderen terugkeren, bij Moeder en bij Peetsen. Wat had hij nodig langer in Amerika te blijven! Hij bezat reeds genoeg om ruim van te leven. Moest hij nog verder oppotten, zonder enig doel, zoals Dzjeurens deed, die absoluut geen raad wist met zijn geld en onbekwaam was offi ervan te genieten? Gladys!... Ja, hij hield toch wel van haar! Zij was zo mooi, zij rook zo fijn, hij duizelde bij de herinnering. En als Gladys arm was geweest zou hij hardnekkig, tot