kunnen ze goed mikken!’
Caro haastte zich naar binnen. Het geweer in de aanslag, loerde Stunt in de richting waar het stemgeluid vandaan kwam.
Daar zag hij een paar Indianen door de struiken te voorschijn komen, erachter kwam een neger, met een geweer...
‘Terhoog!’ juichte hij plotseling. ‘Caro, daar komen ze! Kijk, Terhoog en andere mensen!’
Caro sprong naar buiten, meneer Terhoog tegemoet.
‘Hallo, Caro!’ klonk het vrolijk. ‘Alles goed?’
‘Waar is Tamara?’ informeerde Caro onmiddellijk. ‘Maak je niet ongerust, Caro! Tamara zit veilig ergens bij een Franse dokter op onze terugkomst te wachten!’ zei meneer Terhoog. Even later was het een hele drukte in en om de nauwe cabine.
‘Tjonge, jonge, we begonnen de hoop al op te geven!’ zei Stunt glimlachend.
‘Hoe is het met je been?’
‘Laten we 't daar maar niet over hebben!’ antwoordde de vlieger met een van pijn vertrokken gezicht. ‘Ik zie dat je stevige knapen hebt meegebracht! Die kunnen me mooi dragen!’
‘Laat de Indianen een flinke draagbaar maken!’ zei meneer Terhoog in het Frans tegen een van de politiebeambten. ‘Dan gaan we morgen vroeg terug!’
‘Vertel eens, Terhoog, hoelang hebben jullie erover gelopen? Geen ongelukken?’
Uitvoerig verhaalde de fotograaf hun belevenissen en hun ontmoeting met de Ojana-Indianen. ‘En die Tamara is een reuzemeid!’ voegde hij er lachend aan toe. ‘Toen we een dag gelopen hadden, hoorden we