latere. In het 6de deeltje der Causeries du Lundi, Lundi 14 Juin 1852, gaf Sainte Beuve met zijne gewone superioriteit een opstel over Beaumarchais; doch dit is antérieur aan Loménie's omvangrijker studie, zooals in den aanhef gezegd wordt. Voor zoover ik weet, is na Loménie geen ander nieuws over Beaumarchais aan het licht gekomen, dan te vinden is: 1o. bij de Broglie, Le Secret du Roi, 2de deel, VIde en Xde hoofdstuk (Calman Lévy, 1879), zeer pikante en volmaakt authentieke bijzonderheden omtrent onderhandelingen van Beaumarchais met den Chevalier d'Eon, en 2o bij Paul Stapfer, Études sur la littérature française moderne et contemporaine (Fischbacher, 1881) bladz. 1 vgg.: Les industries de Beaumarchais.
Le Mariage de Figaro te vertalen is niet gemakkelijk. Doch gij, die Sardou onder de knie hebt, behoeft tegen Beaumarchais niet op te zien. Mag ik vragen: waarom begint gij niet met le Barbier de Séville? de Barbier is Figaro's ‘première incarnation,’ en wordt door een niet-fransch publiek sneller begrepen dan le Mariage.
Als U over Suzanne Bartelotti schrijft, wat U (durf ik wedden) niet zult kunnen nalaten, na kennismaking met het stukje, verzuim dan niet de waarschijnlijkheid te handhaven van het schijnbaar onwaarschijnlijke, dat de bloeijende weduwe Leonora Hellemans de logée is van den bloeijenden weduwnaar Hooft. De toenmalige zeden gedoogden dit. Tesselschade is in Februarij 1645 acht dagen in Den Haag komen logeren, aan huis bij Huygens. Zie Korenbloemen XVIde boek, Sneldichten 159 en 160, vergeleken met Van Vloten, Tesselschade Roemers en hare vrienden, p. 40 vlg. Huygens was toen 49 of 50, weduwnaar; Tesselschade 50 of 51, weduwe, maar in