chocolade die zij voor Gideon is gaan koopen, zend ik U hierbij een vriendelijk schrijven van Hugenholtz. Ik heb hem geantwoord, dat ik hem aanstaanden zondagochtend te tien ure ten huize van Potgieter wachten zou, tenzij hij liever wilde dat ik op dat uur bij hem kwam.
Van Asperen van der Velde verzekert mij, dat mijne brochure goed verkocht wordt, en dat men hem van alle kanten nieuwe exemplaren vraagt. Waarschijnlijk zullen wij dus op dat boekje geen geld behoeven toe te leggen, en dat is één goed ding.
Onze tuin ziet er keurig uit. Het gras is bestrooid met donkere bladaarde, hetgeen er een voorkomen van welgedaanheid en zorgvuldig onderhoud aan geeft, dat mij zeer naar den zin is, en in het groote bloemperk zijn vijftien stamrozen geplant.
Lotje gedraagt zich uitmuntend en ik heb aan niets gebrek. Heden ochtend is de stukadoor verschenen, om in den gang en in de keuken te werken.
Ik zal niet verzuimen om aanst. zaturdag moeder te feliciteeren, noch om dien avond met den trein van zessen naar Amsterdam te zien te komen. Doch reken op dit laatste niet te stellig, want couranten zijn wispelturige dingen.
Adieu, liefste vrouw, groet uwen gastheer met zijn fraaie geschenken en zijne zuster met hare schitterende diamanten; versmaad mijn christoffel-zilver niet, en wees in gedachte, met Gideon, omhelsd van
[1866]
Uw getrouwen.