De ongelovige Thomas
De Apostelen waren nog druk met elkaar aan het praten, of daar ging het op de deur: tik, tik.. Wie zal dat zijn, zei de Apostel Petrus. Ik moest maar eens gaan kijken, zei Joannes. Voorzichtig hoor, riepen de andere Apostelen, je kunt immers nooit weten, wie er voor de deur staat. Heel voorzichtig werd nu het slot omgedraaid en de deur op 'n kiertje gezet. O, 't is Thomas, zei Joannes. Thomas, kom toch gauw binnen, riepen de Apostelen. We hebben je zoiets heerlijks te vertellen. Wat jammer toch, dat je er niet eerder was, zeg, anders was je er net nog bij geweest! Want weet je, Wie hier daarnet geweest is? Nee, Thomas, dat kun je ook nooit raden. We zullen het je maar zeggen.... Jesus, Jesus.... Ja, echt Jesus Zelf.... En nu denk je misschien, kindje, o, wat zal Thomas blij geweest zijn, toen hij dat hoorde.. Nee, dat was niet zo. Thomas trok zijn schouders eens omhoog en zei: Hoe kan dat nou? Jesus is toch gestorven. Hij is dood en Hij is begraven. Natuurlijk, dat weten wij ook wel, riepen ze nu. Maar Jesus heeft Zich Zelf weer levend gemaakt. Wij hebben Hem toch allemaal hier gezien. Maar Thomas zei weer: Hoe kan dat nou? Hoor eens, zei toen een van de Apostelen: Jesus is toch God. En God kan toch alles. Dat weet ik wel, zei Thomas. Maar je
zelf weer levend maken, dat is zo'n groot wonder. Neen hoor, ik kan dat zo maar niet geloven. Nu werden de andere Apostelen warempel een beetje boos, dat die Thomas dat nu niet wilde geloven. Ze pakten Thomas bij zijn arm, trokken hem mee naar het midden van de kamer, wezen met hun vinger precies de plaats aan, waar Jesus gestaan had en zeiden: Kijk, Thomas, hier stond Jesus, Hij zei ons alle goede dag, we hebben Hem goed gezien, hoor. Die wonden in Zijn handen en voeten ook. Die waren er nog, maar o, wat schitterden ze mooi. Nu zal Thomas het toch wel moeten geloven, denk je? Dan denk je mis. Wat de Apostelen ook zeiden: Thomas wilde het maar niet geloven. Weet je, wat hij nu telkens maar zei? Eerst moet
ik
zelf die wonden in Jesus' handen en voeten zien, en dan moet ik ook nog m'n vinger in die wonden steken, ja, dan zal ik het geloven. De Apostelen zeiden nu maar niets meer. Wat moesten ze ook nog meer zeggen? Ze hadden
alles verteld en Thomas zei telkens: Ik moet het eerst
zelf zien.
Eén was er, Die alles had gehoord, ook al was Hij er nu niet bij. Dat was Jesus....
Wacht maar, dacht Jesus, Ik zal die Thomas wel eens eventjes leren....