plukten gauw wat bloemen. De mensen legden hun mantels zo maar
op de straat, waar Jesus langs moest komen. Die brave mensen wilden zo aan Jesus laten zien, dat ze van Hem hielden. 't Werd nu steeds drukker in de straat. De mensen kwamen allemaal hun huizen uitgelopen. De kinderen stonden aan de kanten van de weg met mooie, lange groene takken in de hand. De moeders kwamen ook met haar kleintjes op de arm. Eindelijk zagen ze Jesus in de verte.. Heel langzaam kwam Hij op de ezel de stad binnen rijden. En wat gebeurde? Allen tegelijk zwaaiden ze de mooie takken hoog boven hun hoofden, de kleintjes strooiden met hun bloempjes en meteen riepen ze luid, dat het ver, ver klonk door de straten van Jeruzalem: Jesus, wij groeten U, Jesus, wij groeten U..! Jesus keek naar alle kanten en knikte vriendelijk naar de mensen. Hij lachte naar de kleintjes, die zo mooi hun bloempjes uitstrooiden. Er kwamen telkens meer mensen bij en telkens klonk het weer door de straten van Jeruzalem: Jesus, wij groeten U.... Jesus, wij groeten U!
Maar weet je, wie er niet meeriepen, en er niet bij waren? De slechte, boze mensen. O, wat waren ze boos, toen ze dat roepen en zingen hoorden, en toen ze zagen, hoeveel mensen op straat rondom Jesus waren.
Ze kwamen allemaal bij elkaar in een huis. Hun gezichten stonden zó boos en kwaad. Hoor nu toch eens, zei er een, ze roepen en zingen en dat is allemaal voor die Jesus. Ja, kijk nu toch, zei een ander.. alle mensen lopen Hem na. Nee, dat mag niet langer zo. En wat ze nu met elkaar afspraken, was nog erger dan het eerste geheimpje. Moeder durft het haast niet te zeggen. Die boze mensen zeiden: We zullen Jesus pakken en.... Hem dood maken.... Ja, dat moet gebeuren, zeiden ze.
Hoor eens, zei er een, we kunnen nu toch niet zo maar de straat oplopen en Jesus pakken, als al die mensen er bij zijn. Dat gaat toch niet. Die zullen ons immers tegenhouden. Nee, riep zo'n boze man nu: We moeten Hem stilletjes zien te pakken, als Hij alleen is, als niemand het merkt. Ja.. ja.. laten we dat doen, schreeuwden ze boos.
En Jesus bleef Hij nu toch in Jeruzalem? O ja.. Hij wist hier ook weer alles van.. Hij wist, dat die boze, slechte mensen Hem zochten en Hem dood wilden maken. Die goede Jesus toch, hè. Omdat Hij zoveel van ons houdt, daarom wilde Hij lijden. Wat lief toch van Jesus. Als jij nu tegen Hem zegt, dat je veel van Hem houdt en 'n lief, braaf kindje wilt zijn, dan maak je Jesus blij. En dat wil mijn kindje toch wel, hè?