al te goed. Hoe het komt, weet ik niet, maar vaak zit ik op mijn rijwiel en neurie opeens: ‘They're coming to take me away, ha, ha.’ Thuisgekomen zoek ik na wat ik toch in godsnaam heb geneuried. Het was de sleutelzin uit Napoleon xiv's toptien-notering uit 1966. En zo ken ik meer ever lasting memory-regels: ‘Gotta one way ticket to the blues' (Neil Sedaka), ‘Zachtjes tikt de regen tegen het zolderraam, ritme van de eenzaamheid’ (Rob de Nijs), ‘Het staat in mijn dagboek te lezen’ (Willeke Alberti), ‘When I am driving in my car and that man comes on the radio...’ (Rolling Stones) en... Ja, van welke zanger of zangeres al niet. Van déze zangeres in ieder geval: Helen Shapiro; van haar ken ik tientallen zinnen uit het hoofd, met de bijbehorende melodie.
Helen Shapiro is een betrekkelijk geval van rock and roll geweest. Zij zong in dat duistere tijdperk tussen de nadagen van de rock en de voorboden van de beat. Zij was weliswaar geen ‘one hit wonder’, maar het had weinig gescheeld. Haar melancholische gezang ‘Queen for tonight’, dat nergens op de wereld hoge hitogen gooide, wordt recent beschouwd als een klassieker van verheven verdriet.
Juist deze song uit 1963, met die stampende stomp, die echoënde paukeslag, dat dreinend zingen, kent voor mij vele zinnen van blijvende schoonheid (en blijkbaar ook voor vele anderen). Ik wil er drie citeren:
When my kingdom turns to dust in the morning light [...]
Every kiss you're giving me is a jewel in my crown [...]
When my castle tumbles down in the morning light
Van al die vrouwen die actief waren in het begin van de jaren zestig is Helen Shapiro een van de interessantste. Ik heb haar altijd hoger gesteld dan bij voorbeeld Dusty Springfield of Connie Francis. Het geluid van Francis heeft naar mijn smaak nooit het oprechte rockse idioom gehaald. Haar leven wel: godnogantoe, wat een droefenis! Elson en Brunton sommen alle rampen op in hun tearjerking boekwerk Whatever happened to...: Connie sloot