‘Daar was ik al bang voor. Eerlijk gezegd heb ik nog steeds het idee dat ik hier geen steek verder kom.’
‘Dat is een fatalistische gedachte die je hier al eerder hebt geuit en waar ik als therapeut en jij als cliënt niet veel verder mee komen. Zoeken, jongen, zoek je hersens in ieder hoekje en gaatje af! Ga op zoek naar de schuldvraag, pijnig je kop af naar de oplossing: waarom voel ik schuld en waarom wil ik daarvoor boete doen. Want de boete is het feit dat je je elke dag opnieuw ongelukkig voelt. En waarom? Waarom? Bereik je er iets mee? Komt je vader terug? Stapt dat jongetje van jou straks huppelend over straat? En wat is het antwoord?’
Ik haalde mijn schouders op.
‘En wat is het antwoord?’ herhaalde de psychiater die bij wijze van uitzondering was gaan staan.
‘Het heeft allemaal geen zin.’
‘Precies! Verwerk de dood, leg die onberedeneerbare schuld naast je neer en zoek een nieuw doel. Denk je soms dat een mens maar één kindje krijgen kan?’
‘Kun je een nieuwe vader kopen?’ zei ik lachend.
‘Dat is een heel bevrijdende opmerking van je,’ zei Gortzak serieus. Daarna moesten we beiden lachen.
‘Zie je wel hoe bevrijdend dat werkt?’
‘Lul,’ zei ik boos en sloot mij weer op in het mechanisme van de schuld en de boete.
‘Niet doen, niet doen! We waren net op de goede weg. Ik vraag 't je nog een keer: wat is de zin van dat schuldgevoel, wáárom voel je schuld?’
‘Omdat ik niets meer herstellen kan, niks meer goed kan maken.’
‘Ach! Belangrijk! Is er dan iets goed te maken?’
Ik begon te praten. Eerst met horten en stoten, daarna alsof ik snel uit een boek voorlas: ‘We liepen achter mijn