Reizen van Cornelis de Bruyn door de vermaardste deelen van Klein Asia, de eylanden Scio, Rhodus, Cyprus, Metelino, Stanchio, &c., mitsgaders de voornaamste steden van Aegypten, Syrien en Palestina
(2014)–Cornelis de Bruyn– Auteursrechtelijk beschermdDeze uitgaveIn folio. Omvang: 20 + 398 + 8 pagina’s, waarvan 398 genummerd. Afmetingen: ca. 22 x ca. 35 cm. In particulier bezit.
Om dit reisverhaal overzichtelijker, minder log en in het algemeen toegankelijker te maken, waren allerlei aanpassingen noodzakelijk. Hieronder zijn ze puntsgewijs vermeld. Maar nadrukkelijk zij vooraf vastgesteld dat nergens in de hele hoofdtekst ook maar één woord is weggelaten, toegevoegd of verplaatst.
Naast de hierboven genoemde aanpassingen waren ook tamelijk veel verklarende noten noodzakelijk. Daarbij was het uitgangspunt, dat een lezer niet persé bij boek I hoeft te beginnen, maar ook zonder beperking de mogelijkheid moet hebben om bijvoorbeeld alleen het verhaal over Egypte, of alleen het verslag over Palestina te lezen. Veel woorden zijn dan ook telkens opnieuw, in boek II, III en IV, verklaard. De meest voorkomende woorden die in betekenis afwijken van de huidige, zijn bovendien opgenomen in een apart glossarium. Het kan zijn dat een of andere lezer enigszins geïrriteerd zal worden door deze herhaalde woordverklaring en ze op den duur overbodig zal vinden. Laat deze of gene dan de ergernis verbijten en daarentegen tevreden vaststellen, dat het eigen tekstbegrip blijkbaar veel groter is dan dat van anderen. Een ruimhartige woordverklaring is beslist niet overbodig. De afwijkende woordbetekenissen in het zeventiende- of achttiende-eeuws zijn immers legio. Soms kunnen ze tot merkwaardige bijgedachten leiden. Wat te denken van een braave muur of een braave haven? Het lijkt een vreemde combinatie, tot we bedenken dat ook ons huidig equivalent, het woord flinke, naast een uiterlijke vorm eveneens een gemoedsgesteldheid kan aanduiden. Wat te denken van de zinsnede indien ik de reysbeschryving van den heer Melton toentertyd gelezen had gehad? Zou men niet denken dat hier sprake is van een drukfout en dat gehad geschrapt diende te worden? Een verklarende noot waaruit blijkt dat gelezen moet zijn opgevat als een bepaling van gesteldheid, is denkelijk niet overbodig. Wat te denken van deze zin: De stad is gemeen, en doorgaans met slegte huyzen bezet (f. 372)? Een roerige stad van hele en halve criminelen die zich ophouden in tingeltangels, bordelen en gokhuizen? Wel allerminst, eerder het tegenovergestelde: ‘De stad is niets bijzonders en doorgaans met eenvoudige huizen volgebouwd.’
De reproductie van de gravures leverde bijzondere moeilijkheden op. Uiteraard konden ze in deze digitale uitgave niet op gelijke wijze als in de boekuitgave geplaatst worden. Hier zijn ze niet, zoals in het boek, op afzonderlijke bladen weergegeven, maar telkens in de tekst, ter plaatse waar ze door De Bruyn vermeld werden. Ze zijn allemaal gefotografeerd en daarna zodanig bijgesneden, dat de marges van de bladzijden wegvielen. Dat was noodzakelijk omdat bij een openliggend omvangrijk werk als dit is de kantlijnen altijd scheef in beeld zouden komen. Helaas was het niet mogelijk de bolling van de bladzijden bij de rug helemaal weg te werken, zeker niet als een gravure over twee naast elkaar liggende pagina’s verdeeld was. Voor de panorama’s – gemiddeld ruim 1 meter lang, met als uitschieter de gravure van Constantinopel, die 1,85 meter lang is – is ervoor gekozen deze eerst in hun geheel af te drukken, en daaronder in twee, soms drie gedeelten. Ook sommige ‘gewone’ gravures zijn in meer dan één afdruk weergegeven. Dat geldt speciaal voor de gravure van Palmyra (nr. 187), en nog meer voor die van de munten (nr. 188). Maar nog meer afbeeldingen zijn soms in dit opzicht ‘bevoordeeld’. Altijd was daarbij de overweging dat de illustratie in voldoende mate de tekst moest kunnen ondersteunen. In de Nederlandse uitgave van 1698 zijn alleen de panorama’s voorzien van een opschrift; in de Franse en Engelse (van respectievelijk 1700 en 1702) hebben alle gravures een dergelijk (Italiaans, soms Latijns) boven- of onder- of tussenschrift van De Bruyn gekregen. In deze digitale editie zijn die (Italiaanse, soms Latijnse) bijschriften eveneens opgenomen, zulks ter verhoging van de lees- en kijkvreugde. Ga naar voetnoot+ |
|