Van ziel en aarde(1952)–Henri Bruning– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 16] [p. 16] ['t Is goed. Geen droefheid moogt gij meer behoren] ‘'t Is goed. Geen droefheid moogt gij meer behoren, niets zij u nog dat uw hart verontrust, - vergeet Gethsemané en al de donkre oorden waar gij met Mij gedoold hebt en met Mij gerust. Ik wist, uw hart kon als mijn hart niet rusten vóor gij d'al-godlijkheid der dingen had verstaan en, om de goedheid van al 's werelds leed en lusten, uw droef doorgroefd gelaat de Aarde had gekust, vóor gij, verdeeld en rustloos eens, o altijd verontruste, weer enkelvoudig in uw Grond en Oorsprong rust en gij, met al 't geschapene één en tot u zelf herboren, blijdschap en foltering kon toebehoren - gelijk Gods Aarde - in gelijke rust...’ Vorige Volgende