De dwaze rondschouw(1926)–Victor J. Brunclair– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende Voor een Meisje Er is deernis over mijn geween Wie stafhouder is van het leed hij take van zijn kleiwoon de wankele drempel en zie, paleizenbouw daagt voor hem heen de Lichtstad en haar koninklike tempel Geen koortsvizioen zal nog de diepte dezer ogen krenken met weifeling van kinoschijn Alles is Aandacht: over mijn lijdelik gedenken rolt Gods paradijsfilm volheerlik van de bobijn Ik hef mij hoog uit dit bitter bed o de hartslag van verlangen te doen hameren niet te remmen mijn wankelgang te stemmen op je trippeltred door deze kameren! Leidslicht door mijn ijl verdwazen is het donkere vuur van je gazelogen Cymbaalslag en gong heeft het hartsunisono ingeluid Golving fronst het loden meer diepbewogen stortvloeden stijgen hoog en breken de dam in mijn Gobiwoestijn fleurt weer wonderkruid het glimwormlicht van weifelen laait op tot een reuzenvlam Inkeer en ekstaze! Mijn ziel is de schoone slaapster en ontwaakt. Vorige Volgende