basisgegevens
gestandaardiseerde naam kamer:
De Fonteine
spelwijze in bron(nen):
'tgheselscip vander Fontaine' (1448), 'Fonteine' (1448)
varianten:
'Gheselscip van der Fontaine' (1448), 'Fonteine' (1448); 'gheselscepe van der Helegher Drivuldicheit, dat men eedt de Fonteyne' (1528); 'gulde der Helegher Dryvuldicheit ghenaemt de Fonteine' (1548); 'Fonteinisten' (1608)
zinspreuk:
'Alst past, bi appetite' (1539)
gebruikte code:
GEN1
patroonheilige:
H. Drievuldigheid (1448)
vroegste bronvermelding:
1448
gedoopt:
geografisch-politieke situering van de kamer
plaats:
Gent
(stad/dorp/vrijheid):
Stad
district:
gewest:
Vlaanderen
korte geschiedenis
In een akte van 9 juli 1451 wordt gezegd dat op 14 augustus 1446 een lof werd ingesteld in een kapel in de Sint-Niklaaskerk die door De Fonteine was gesticht. Op 9 december 1448 werd de kamer erkend door de magistraat van Gent. Het eerste bekende optreden dateert van 1458 (intrede Filips de Goede). De kamer wordt pas in 1466 voor het eerst in de stadsrekeningen vermeld (intrede Karel van Charolais). Op 29 mei 1476 verleende Karel de Stoute de kamer het privilege de vorstelijke kleuren en wapens te dragen. De kamer nam deel aan het landjuweel in Leuven in 1478. Ze bleef weg op de vergadering in Mechelen in 1493, maar ze nam wel deel aan het landjuweel in Antwerpen in 1496. In 1498 organiseerde de kamer tijdens een grote schutterswedstrijd een banket voor de rederijkersgezelschappen die de schuttersgilden vergezelden.
Vanaf 1534 kreeg de kamer samen met de andere drie Gentse kamers een jaarlijkse subsidie van drie pond grooten van de Gentse magistraat. In 1539 organiseerde de kamer een wedstrijd waaraan 19 kamers deelnamen. De drukken van de spelen en de refreinen werden achteraf verboden.
In de zestiende eeuw manifesteerde de kamer zich als hoofdkamer van Vlaanderen. De oudst bewaarde doopbrief verleend door De Fonteine dateert van 11 juli 1517 (De Zebaer Herten van Roeselare). Vanaf 1546 noemde de kamer zich soevereine hoofdkamer van Vlaanderen.
Na de Beeldenstorm werden de subsidies aan de Gentse kamers tijdelijk geschrapt. De kamer was wel actief tijdens de Calvinistische Republiek (1577-1584). In 1608 verleende de stad de kamer nieuwe statuten.
documenten
reglementen:
- Gildenbrief verleend door de Gentse stadsmagistraat (9 december 1448): origineel verloren/ afschriften: 1. Stadsarchief Gent, reeks 301, jaarregister keure 1448-1449, 78r-v; 2. Stadsarchief Gent, reeks 93, register KK, 158v-162r (periode 1545-1548)/ edities: Blommaert 1838 (b), 33-39 (2.); Blommaert 1847, 98-104 (2.); De Potter s.d. Deel 3, 506-10 (1.); Van Elslander 1949 (a), 15-22 (1.) [1448 GEN1].
- Privilege verleend door Karel de Stoute (29 mei 1476): origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Gent, reeks 93, register KK, 162v-164v (periode 1545-1548)/ editie: Blommaert 1847, 104-06 [1476 GEN1].
- Reglement verleend door de magistraat (25 mei 1528): origineel verloren/ afschrift: 1. Stadsarchief Gent, Ouden Geluwen Boeck A, 103r-105r (periode 1522-1541); 2. Stadsarchief Gent, reeks 93, register KK, 164v-168r (periode 1545-1548)/ editie: De Potter s.d. Deel 3, 511-13 (1.) [1528 GEN1].
- Verlening van een subsidie door de Gentse magistraat aan de vier Gentse rederijkerskamers (2 augustus 1533): origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Gent, reeks 93, register LL, 107r-108v (periode 1548-1558)/ edities: Blommaert 1838 (b), 39-41; Blommaert 1847, 106-108; De Potter s.d. Deel 3, 275-76 [1533 GEN1+2+3+4]
- Amendement verleend door de magistraat over de vrijstelling van dienst in andere gulden (behalve schuttersgilden) aan de bestuursleden van de vier kamers door de Gentse magistraat (8 februari 1537): origineel verloren/ afschrift: 1. Stadsarchief Gent, reeks 93, register LL, 17v-18r; 2. Stadsarchief Gent, reeks 93, register LL, 110r-111v [1537 GEN1+2+3+4].
- Amendement verleend door de magistraat over de verkiezing van het bestuur (3 februari 1543): origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Gent, reeks 93, register KK, 168r-169v (periode 1545-1548)/ edities: Blommaert 1847, 115-17. De Potter s.d. Deel 3, 267-68 [1543 GEN1].
- Amendement verleend door de magistraat over de verkiezing van het bestuur (20 april 1546): origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Gent, reeks 93, register KK, 169v-170v (periode 1545-1548)/ editie: De Potter s.d. Deel 3, 269 [1546 GEN1].
- Bekrachtiging door magistraat van een overeenkomst tussen de vier kamers (voortaan mag men slechts lid van één kamer zijn) (27 februari 1548): origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Gent, reeks 93, register KK, 322v-324r [1548 GEN1+2+3+4].
- Amendement verleend door de magistraat i.v.m. de jurisdictionele bevoegdheid van De Fonteine als hoofdkamer van Vlaanderen (29 maart 1548): origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Gent, reeks 93, register LL, 24v-25r [1548 GEN1].
- Nieuwe statuten verleend door de magistraat van Gent (31 oktober 1608): origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Roeselare, Zeegbare Herten, nr. A1 (Guldeboek III, 18e eeuw) [1608 GEN1].
ledenlijsten:
rekeningen:
inventarissen:
processtukken:
rekwesten:
- Verzoekschrift 28 mei 1580 van de vier kamers om stadssubsidies, verwijzend naar de toekenning van subsidies in 1533: origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Gent, 200/3 (los stuk) (eigentijds).
rentetitels:
correspondentie:
- Latijnse brief van De Fonteine aan de magistraat van Leuven (betwisting over de toewijzing van de prijzen van het landjuweel) (27 november 1478): origineel verloren/ editie: Raymaekers 1863, 496-98.
literaire productie:
- Refereynen 1539.
- Spelen van zinne 1539.
historische nota's:
andere nota's:
- Toelating voor het houden van een rederijkersfeest op 12 juli 1539 verleend door Karel V (3 februari 1539): origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Gent, reeks 93, Oude Geluwen Boeck A, 299v-300v (periode 1522-1541)/ edities: 1. Blommaert 1838 (b), 41-43; 2. Blommaert 1847, 109-11; 3. Lameere en Simont 1907, 105-06.
verantwoording
broncitaten:
Blommaert en Serrure 1839-40. Deel 2, 235:
'Item, de Prinche ende 't gheselschip van der Gulde van der Rethoryken, gehieten 't gheselschip van der Fonteynen, vierden sbarbiers vore Scepenenhuus van der Kuere met 7 tortssen, ende 't huus voren behanghen met blauwen lakenen'.
Blommaert en Serrure 1839-40, Deel 2, 254-55:
'Item, voort meer es te wetene dat men 's maendaghs, doen mijn gheducht heere inquam sondaghs, ten 10 hueren voer der noenen in 't Scepenhuus van der kuere, quam loten om naer de pryzen te spelene, ende de loetten daer naer 7 loten, te weten: die van Sente Barbelen tSente Pieters, den Groenen Briel, de Vierweghscheede voer den Augustinen, die van der Fonteynen, de Vrydachmarct, die van der Ketelpoorten ende Jan de Cuelenare, de welke alle wel speelden ghenouchelyke misteryen ende spelen nieuwe gemaect, up 't vornoemde beroup...
Item, die van der Fonteynen den prijs van esbatementene...'
Stadsarchief Gent, reeks 400/21, stadsrekeningen Gent 1465-1466, 66v:
[intrede Karel van Charolais 14 februari 1466]
'Item den gheselscepe van der Fonteynen van theercosten die zij te diversschen tijden daden in 't ordineren van der figueren ende anderssins ter vors. incomst ende ooc de zelve figueren te stoffeerne van allen zaken der toe dienende in gordinen ende anderssins 4 lb. 4 s. gr.
Ende den vors. gheselscepe van der Fonteynen ghegheven thulpen haerlieder cappelle ende ghelaesveinstere voor haerlieder moeyte, dienst ende aerbeyt die zij in deze incomst ende ooc tanderen tijden ghedaen hebben dezer stede, omme de eere der zelver stede te bewaerne 2 lb. gr.'
literatuur:
Kops 1774, 320; De Laserna Santander 1809, 175-76; Schotel 1871, 251-52; Van Elslander e.a. 1944, 22; Van Elslander 1968, 31-32.
Blommaert 1837; Blommaert 1838 (b); Blommaert 1846; Blommaert 1847; Raymaekers 1863; De Potter 1866 (a); De Potter s.d. Deel 3, 246-308; Speeckaert 1942; Van Elslander 1944 (a); Deruelle 1945; De Schryver 1945; Van Elslander 1949 (a); De Baets 1959; Brachin 1960 (a); Everaert 1964; Vandecasteele 1966; Vandecasteele 1972.; Waterschoot 1974; De Groote 1975; Erné en Van Dis 1982; Coigneau 1984 (b); Decavele 1990 (b); Coigneau 1993; Arnade 1996; Coigneau 1996 (a); Ramakers 1996 (b); Hummelen 1996 (a); Waterschoot 1996 (c); Van Bruaene 2000 (a); Van Bruaene 2000 (b).
naar bibliografie