basisgegevens
gestandaardiseerde naam kamer:
De Barbaristen
spelwijze in bron(nen):
'gulde van Sente Barbaren' of 'Barbaristen' (beiden reglement 1541)
varianten:
'Gulde van Sinte Barbaren' of 'Barbaristen' (reglement 1541)
zinspreuk:
gebruikte code:
AAL2
patroonheilige:
H. Barbara
vroegste bronvermelding:
1541
gedoopt:
geografisch-politieke situering van de kamer
plaats:
Aalst
(stad/dorp/vrijheid):
Stad
district:
Land van Aalst
gewest:
Vlaanderen
korte geschiedenis
Reeds in 1487 is sprake van de 'gheswoorne ende proviseurs van Sinte Barbelen gulde', maar niets wijst er op dat de gilde toen al een rederijkerskamer was.
Er zijn 2 reglementen uit respectievelijk 1539 en 1541 bekend. In het eerste (16 oktober 1539) wordt niet gerept over rederijkersactiviteiten. De Barbaristen vormden toen een louter religieuze 'gulde' verbonden aan de nering van de bontwerkers. Het reglement van 7 april 1541 (n.s.) is een uitbreiding van het vorige reglement en houdt een erkenning van de 'gulde' als rederijkerskamer in: 'Item ende want 't selve gulde in verleden tyden gheweest es eene camere van rethoriquen… zo es hemlieden gheconsentheert te moghen spelen in 't rethoricque'. Er wordt echter niet gezegd dat de 'gulde' voorheen ook als kamer erkend was, in tegenstelling tot de 'guldebroeders van Sinte Katherine, binnen dese stede van oudts ghecostumeert… te spelene', waarvan de voorrang in het reglement uitdrukkelijk bevestigd wordt. De kamer wordt pas in 1545 voor het eerst in de stadsrekeningen vermeld. De kamer nam deel aan de wedstrijd georganiseerd door De Corenbloem in Brussel in 1562. In 1566 werden de stedelijke subsidies geschrapt. Na de troebelen wordt ze heropgericht, zonder dat ze echter toelagen van de stad krijgt.
In 1632 werd een broederschap van de H. Barbara opgericht, waaraan de kamer verbonden was.
documenten
reglementen:
- Reglement verleend aan de 'gulde' (nog niet erkend als rederijkerskamer) door de magistraat van Aalst (16 oktober 1539): origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Aalst, Oud archief Aalst nr. 4 (Den boek met den haire), 90r-v/ editie: 1. Van de Casteele 1873, 407-11; 2. De Potter en Broeckaert 1875, 407-10; 3. Reyntens 1906, 224-27 [1539 AAL2].
- Gildenbrief verleend door de magistraat (erkenning als rederijkerskamer) (7 april 1541): origineel verloren/ afschrift: Stadsarchief Aalst, Oud archief Aalst nr. 4 (Den boek met den haire), 90v-92v/ editie: 1. Van de Casteele 1873, 411-14; 2. De Potter en Broeckaert 1875, 410-13; 3. Reyntens 1906, 227-28 [1541 AAL2].
ledenlijsten:
rekeningen:
inventarissen:
processtukken:
rekwesten:
rentetitels:
correspondentie:
literaire productie:
historische nota's:
andere nota's:
verantwoording
broncitaten:
literatuur:
Kops 1774, 317; De Laserna Santander 1809, 162; Schotel 1871, 227; BB 1891-1923, 531-34; Van Elslander e.a. 1944, 20; Van Elslander 1968, 23.
Van de Casteele 1873, 407-24; De Potter en Broeckaert 1875, 203-38; D'Hondt 1908; Reynaert 1942, 36-42; Courteaux 1971.
naar bibliografie