De bron-swaan, of mengeldigten(1686)–Titia Brongersma– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Narcis. DIe in de Beek Sijn schoon gestalt' sag schijnen, Het gene hem geleek Dagt hem, in het verdwijnen, Dies lieft hy selfs sijn beeldt, Wat wonder uyt sijn weesen Wierd' voort een Bloem geteeldt Wiens naam hier staat te Leesen, Srasunsis. Vorige Volgende