Nationale en Afrikaanse gedigte in Kaaps-Hollands. Bundel B
(1918)–Melt Brink– Auteursrecht onbekend
[pagina 47]
| |
Neem slechts maar de Transvaalse kwestie,
Wat zegt hij daar?
Oom Paul, die wordt door hem versleten
Voor een Barbaar!
Ou Jameson, die echte bluffer!
Zo voor, als na,
Die d' oorlogsvlam stout kwam ontsteken
In Afrika.
Die, als een haan op hoge poten
Transvaalse grond
Betrad met troepen, en 't recht aldus
Der volken schond!
Die gaat hij als een held verheffen,
En roemt zijn daad,
Schoon ieder ander, 't zou bestemp'len
Als snood verraad!
En als daar snobbies, counterjumpers
En laag gespuis,
Oom Paul gaan door de modder slepen
Met groot gedruis,
En Jameson nog gaan verheffen
Om 't geen hij deed,
Steunt d' Argus hen, ofschoon hij zeker
Veel beter weet.
Hij noemt die schreeuwers ‘Kolonisten’
En zegt: heel 't land
Reikt Jameson om deze daad nog
Vereend de hand!
Onz' ware Afrikaander burgers,
Die telt hij niet,
Wijl hij slechts in zijn jingo-schreeuwers,
De ware ziet.
| |
[pagina 48]
| |
Gewis, nooit wordt met groter leugens
Papier beklad,
Dan die de Argus rond gaat spreiden
Door land en stad.
Ik wil de Editeur dus raden
Een bril te koop',
Licht, als hij beter dan kan kijken,
Is er nog hoop!
Misschien zal hij dan nog bemerken
Het onderscheid,
En snobbies niet voor kolonisten
Meer gaan verslijt'!
1897.
|
|