Brieven aan de uitgever van het tijdschrift Nederland 1873-1886
(1965)–Jan ten Brink, Cd. Busken Huet– Auteursrechtelijk beschermd72In andwoord op uw brief v. heden meld ik u, dat gij uit mijn schrijven v. gisteren reeds zult gezien hebben, hoe ik de zaak opvat.Ga naar voetnoot139 Ik heb nog een denkbeeld gekregen sints gisteren: Als gij u met den heer de Graaf v. Haarlem wist te verstaan om Nederland en de Banier in een te smelten, dan zouden de Redakteurs van de Banier zich bij ons aansluiten.Ga naar voetnoot140 Wat B.H. [betreft] ik heb hem geschreven. Voor 1 Mei - moeten wij hebben | |
[pagina 79]
| |
I Piers. II B.H. (geheel). III. T. Hoet. dit maakt 8 vel. Met 1 Juni beginnen wij met HrotswithaGa naar voetnoot141 en Konstantijn. Ik zal aan de eerste schrijven Zend mij voor het afdrukken de vellen van T.H. Ik zal dan met een coup de plume zorgen, dat alles plaatsbaar is. t.t.
den Haag. Goede Vrijdag [= 18 april] 78 |
|