Brieven aan de uitgever van het tijdschrift Nederland 1873-1886
(1965)–Jan ten Brink, Cd. Busken Huet– Auteursrechtelijk beschermd3WelEdele Heer! Saturdag jl. na mijne terugkomst uit GentGa naar voetnoot5, had ik de eer U te schrijven met verzoek, om de proef van mijne bijdrage aan mij alhier (Utrecht) te bezorgen en tevens om mij genoegen te doen en de som van ƒ 30 als honor. van die bijdrage tevens naar hier op te zenden. Tot heden (Woensdag 4 uren) vernam ik niets van U. De proef moet toch gekorrigeerd worden, ik heb dit met van WesthreeneGa naar voetnoot6 afgesproken, daar hij nog eene poos uit den Haag bleef. Wees zoo goed mij in te lichten hoe het nu gaan moet? Ik blijf tot op Zondag morgen 12 uren te Utrecht (adres Neude) Aangenaam zou het mij zijn zoo U mij de | |
[pagina 19]
| |
dienst wilde doen wat proef en honorarium betreft, daar zulks mij voor mijn vertrek van hier allerwenschelijkst is. Ik hoop, dat deze U nog tijdig zal geworden, om de zaak in orde te brengen Geloof mij met de meeste hoogachting
Uw dienstvaardigen
Utrecht 27. Aug. 67 P.S. Ik heb quitantie gegeven aan de keerzijde van mijn vorigen brief. |
|