Brieven aan de uitgever van het tijdschrift Nederland 1873-1886
(1965)–Jan ten Brink, Cd. Busken Huet– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 17]
| |
Brieven aan de uitgever van het tijdschrift NederlandDeze brief is blijkens de inhoud uit het laatst van het jaar 1865. In dat jaar waren redacteuren A.G.C. van Duyl en H.J. Schimmel, later alleen Van Duyl. Het schrijven is dan ook wel aan deze gericht. | |
1Amice, In antwoord op een brandbrief van Loman, heb ik te elfder ure voor het Januarij-nummer van Nederland hem een stukje gezonden, met het onvoorzigtig bijvoegsel ‘dat ik de proef gaarne zelf korrigeren wilde.’Ga naar voetnoot1 Hij evenwel (of zijn zetter) heeft dit dus opgevat, dat ik met die proef eene vuile proef bedoelde; zoodat ik van hem een veertigtal bladzijden ter korrektie ontvangen heb, die er inderdaad schandelijk uitzagen. Tijd om mij eene revisie te zenden is er, vermoed ik, niet; en toch wilde ik niet gaarne vol drukfouten in Nederland verschijnen. Ik zend daarom mijne kopij aan u, met vriendelijk verzoek, een wakend oog te willen houden op het opnemen der door mij gemaakte korrektien. Zoo men zich slechts aan die korrektien houdt, zal ik tevreden zijn. De kopij kan misschien dienen om u in twijfelachtige gevallen zekerheid te verschaffen. Er ontbreken nog vier bladzijden aan, die ik u, zoo noodig, morgen of overmogen zenden zal.
In haast, de Uwe
Bloemendaal, Woensdagavond. |
|