1 O on-eenighe sinnen: Bedoeld zijn de inwendige zinnen waardoor de indrukken, via de zintuigen aangedragen, worden gescheiden en gecoördineerd, hun waarde bepaald en hun beeld in de herinnering vastgelegd. Door de inwendige zinnen wordt de wil gericht. Deze is bij de ick-figuur en zijn vriendinne volstrekt verscheyden (vs. 4). Dat verschil blijkt uit allerlei tegengestelde eigenschappen en gedragingen, die in de vzn. 5-28 worden beschreven. De oorzaak ligt in een buitenaardse sfeer.
31 Want haer ziel schijnt beswooren Van een te strenghen planeet: Hier en in de vzn. 33-35a brengt Bredero een astrologisch aspect te berde. Astrologie is de leer van de invloed der hemellichamen op heel het aardse bestel. Ze is van hellenistische herkomst, de Babyloniërs zagen de constellatie van de hemel wel als uitdrukking van de wil der goden, maar geloofden niet in een specifieke beïnvloeding. (Zie David Pingree: Dictionary of the History of Ideas, Vol. I New York 1973, blz. 118). Volgens de astrologie komt de werking tot stand via de elementen aarde, water, lucht en vuur; daarmee hangen de primaire eigenschappen: koud, droog, vochtig en heet samen, en de humeuren sanguinisch, cholerisch, flegmatisch en melancholisch. (Zie Veenstra 1973b, blz. 187-200). Het onghelijck zijn (vs. 5) komt voort uit een verschillende menging van de humeuren, want daardoor worden de zeden (gedragingen) en de Gheneghentheden (neigingen, driften) bepaald. De ick is heet en droog, wat overeenstemt met het element vuur en het humeur bloed. De vriendinne is koud en droog, wat correspondeert met de aarde en de zwarte gal. Hij is sanguinisch, zij melancholisch; hij wordt beïnvloed door de zon, zij door de planeet Saturnus. Hij is in hoge mate verliefd, zij wil er niet van horen (vs. 9-12). Hij brandt van de min, zij is koud tot in haar botten, een veel gebruikte petrarquistische tegenstelling (vs. 13-16). Nogmaals volgt een strofe op de petrarquistische toer: Zijn hart is vol ellende, vol koorts en brand, het hare is gevuld met ijs, haar binnenste met lood en steen. Het loodwijst vooruit naar de te strenghen planeet (vs. 32). Saturnus, háar planeet, is koud, beweegt zich langzaam, heerst over het zwaarste der metalen, het lood, en brengt een melancholische complexie voort. Strenghen kan men het best opvatten als wrede; voor de ick is Saturnus dat inderdaad.
37 Lief wilt u doch erbarmen: Terwijl de invloed van de zon, die een sanguinische complexie veroorzaakte, gevaar opleverde voor uitdroging (zie vs. 35) kon de invloed van Venus, die heet en vochtig was, temperend werken. Overigens is het verkoelen van de liefdesbrand in de minnelyriek van de renaissance een bekend gegeven.