21 so quaet dan as en baers: Stoett 1925, blz. 297, maakt bij deze uitdrukking de opmerking dat de baars ‘om de gretigheid bekend is, waarmede hij in den worm bijt.’ Het WNT II, kolom 834, geeft echter een andere verklaring: ‘De baars is in zijne bewegingen zeer druk, vandaar dat iemand die zeer driftig wordt, bij een baars wordt vergeleken.’ Maar driftig en kwaad zijn toch geen identieke begrippen. Ofschoon in de 17de eeuw niet ongebruikelijk, is baars in verband met kwaad-zijn minder gewoon dan spin. ‘So quaet as ien baars’ is ook te vinden bij Samuel Coster.
41 je hebt een brief: Deze uitdrukking komt bij Bredero vaker voor, o.a. Moortje vs. 855, en is een verwijt aan iemand die zich te veel en vooral te veel intimiteiten veroorlooft. WNT III, eerste stuk, kolom 1324, spreekt van ‘iemand die zich laatdunkend gedraagt en den grooten heer uithangt’ en ‘doen alsof men een brief bezit die groote voorrechten geeft.’
49 alle guyse-gaer: Het zinsverband suggereert dat men hier te maken heeft met een uitdrukking die de aangesproken personen bedoelt: allemaal samen; de klankvorm levert echter onoverkomelijke bezwaren op. In WNT IV, kolom 100 en 258, en in WNT V, kolom 1232 wordt gedacht aan een ‘dialectische verbastering van gansch en gaar’, die dan door ‘onduidelijke uitspraak van de vocaal in gansch’ ontstaan zou zijn. Maar in wélk nederlands dialekt de nasalering van de korte a-klank ooit een uy oplevert (d.w.z. een uu-klank, die dan later over zou gaan in een ui-klank) is duister. Misschien moet men de oplossing in een heel andere richting zoeken, en uitgaan van het woord guyse, dat spotternij, hansworsterij betekent (Kiliaen 1777, deel I, blz. 206-207.) De uitdrukking zou dan helemaal niet doelen op de aanwezige personen, maar op de gebeurtenissen of uitingen, dus: alle dwaasheden bij elkaar; of in modern Nederlands: alle gekheid op een stokje. (+)