Groot lied-boeck
(1975-1983)–G.A. Bredero– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 304]
| |
LXXXVI Amoureus Lied
Op de Voys: Est ce Mars le grand Dieu des Allarmes
VVaar is nu dat hart? waer de gedachten?
Waer 't gemoet?
Dat so Mannelijck conde verachten
's Weerelts goet
5[regelnummer]
Dat de Croon
En de HeerlijckheenGa naar voetnoot6
En de scepters schoon
Sou trots vertreen.
Dat Staten, en Steden, en Vorstendommen
10[regelnummer]
En t' gewelt,Ga naar voetnoot10
En t' rammelen in Riddelijcke sommeGa naar voetnoot11
Van hart gelt,
Jae t' Cieraet!
En 's Aartrijcx hooghste pracht
15[regelnummer]
Vaack heeft versmaetGa naar voetnoot15
En groots veracht.Ga naar voetnoot16
Dat hart, kan sich breydelen noch bedwingen
In syn leet,
Dat soo groot moedelijck alle dinghenGa naar voetnoot19
20[regelnummer]
Eerst versmeet.Ga naar voetnoot20
O verdriet!
O pijn! o quaal! o smart!
Ghy maalt tot nietGa naar voetnoot23
Dit groote Hart.
| |
[pagina 305]
| |
25[regelnummer]
Dat alle hoocheden heeft versmeten
Inde Wint:
Dat kan loshartich niet vergetenGa naar voetnoot27
't Geen 't bemint
T'is te sot!
30[regelnummer]
En al te langh gevrijtGa naar voetnoot30
Die met my spot,
En deunt altijt.Ga naar voetnoot32
Op wien sal ick meer wrocken en wrijtenGa naar voetnoot33
Dan op mijn!Ga naar voetnoot34
35[regelnummer]
En sal ick het oock myn oogen wijten,Ga naar voetnoot35
Of de schijn
Vande gunstGa naar voetnoot37
Die my wel is geschiet?
Ach! 'twas maer kunstGa naar voetnoot39
40[regelnummer]
En anders niet.
Betoont nu de cloeckheyt van u sinnen
O myn hart?
Int wel vermeesteren, en verwinnenGa naar voetnoot43
Van u smart,
45[regelnummer]
En volcht raat
Met vlaagjes wat vervreemtGa naar voetnoot46
Ten is so quaat
Niet als gij't meent.Ga naar voetnoot48
| |
[pagina 306]
| |
Ach! het valt myn so swaer te verlaten
50[regelnummer]
Myn Vriendin!
Al had ick oorsaeck om u te haeten
Niet te min
O Joffrou!
Ick blijf in lust of nootGa naar voetnoot54
55[regelnummer]
U noch getrouGa naar voetnoot55
Tot inder doodt.
|
|