Groot lied-boeck
(1975-1983)–G.A. Bredero– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 205]
| |
LIII Liedeken
Stemme: Pasemede Cicillie. Wilt nu al, groot &c.
Ick veracht // heel de nacht;
Doch ick doe 't met rede:
Want mijn gewoonlijckhedeGa naar voetnoot3
Was inde nacht, heel laet
5[regelnummer]
Te wand'len by der straet.
Eens 't gheschacht // dat verkrachtGa naar voetnoot6
't Ghemoet in eenichede,Ga naar voetnoot7
Dat siddrich van ledeGa naar voetnoot8
My dese borst noch slaet,
10[regelnummer]
Als 't hart dat dencken gaet,
Lust en begeeren // willen dit beweerenGa naar voetnoot11
Door eyghen wanen // recht,Ga naar voetnoot12
Lust tracht te leeren // begeer probeerenGa naar voetnoot13
Mijn cleyn vermanen slecht,Ga naar voetnoot14
15[regelnummer]
Dits 't begin // om den sin
Hier van uyt te voeren,Ga naar voetnoot16
In speci te roerenGa naar voetnoot17
Het stuck, en volgens dienGa naar voetnoot18
Van 't hooren en het sienGa naar voetnoot19
20[regelnummer]
Dat my beancxst deed vlien.
| |
[pagina 206]
| |
Inde nacht // wert ghewrachtGa naar voetnoot21
Al d'onkuysche dinghenGa naar voetnoot22
't Onnut geroep, en singhenGa naar voetnoot23
Van menich droncken vent,
25[regelnummer]
En heeft, so 't schijnt, geen end.
Den dief tracht // dan heel sacht
Met list te weech te bringhen
Dat sloten vast ontspringhen,Ga naar voetnoot28
En rooft al soo behendtGa naar voetnoot29
30[regelnummer]
s' Heeren straat wert geschent.
Hier hoortmen crijten // daer hoortmen smijtenGa naar voetnoot31
Van 't Goddeloos gheboeftGa naar voetnoot32
De goten en hecken // ter neder trecken
't Welck den vromen bedroeft.Ga naar voetnoot34
35[regelnummer]
s' Nachts de nijt // toont met vlijt
Haer moetwillighe grillen,
Placken oock pasquillen,Ga naar voetnoot37
En alle boosheyt groot,
Ja den verrader snoot
40[regelnummer]
Kiest den nacht tot 't exploot.Ga naar voetnoot40
's Nachts men hoort // aen menich oort
Honden schrickelijck huylen,
Het droef ghekrijt der uylen,
Der Katten naar ghecrol
45[regelnummer]
Als 't vervaerlijck gelolGa naar voetnoot45
Men bespoort // en verstoortGa naar voetnoot46
Vander dooder kuylen,Ga naar voetnoot47
De Geesten die daer schuylen,
| |
[pagina 207]
| |
Die verschricken hen oock,Ga naar voetnoot49
50[regelnummer]
Het waren en 't ghespoockGa naar voetnoot50
't Sijn ijdel schimmen // Wat noch schijnt te glimmen
Als vier is verrot houwt
De vreese klimmen // int hert, en nimmenGa naar voetnoot53
't Hart al sijn stoutheyt stout:Ga naar voetnoot54
55[regelnummer]
Datmen siet // is doch niet,
Soo men seyt gheloghen,Ga naar voetnoot56
Maer van een schijn bedroghen
Staet den mensch heel bevreest,
En loopt alsoo bedeestGa naar voetnoot59
60[regelnummer]
Al liep hem nae een Geest.Ga naar voetnoot60
Nacht ick haet // u voor quaet,Ga naar voetnoot61
Doot-sond' uyt u rijsen
Dat wil ick u bewijsen,
In u bijster heerschappyGa naar voetnoot64
65[regelnummer]
Lijt ghy die Toovery,Ga naar voetnoot65
Den dach versmaat // sulcken daat
Met recht om of te ijsen;Ga naar voetnoot67
De Natuur heeft een afgrijsenGa naar voetnoot68
Ja beeft beancxst in my,
70[regelnummer]
Oock in yder wie het sy.
Want daer verschijnen // swaerlijck met pijnenGa naar voetnoot71
d'Onsichtbaer Geesten swart,
Die schielijck verdwijnen // leghe plaets dan vynenGa naar voetnoot73
't Verdoolt menschelijck hartGa naar voetnoot74
| |
[pagina 208]
| |
75[regelnummer]
Schuwt den dach // soo 't best machGa naar voetnoot75
Want 's daaghs ist claerder,
's Nachts duyster en naarder
Bequaem, na haren wensch,Ga naar voetnoot78
Voor den wanhoopich mensch
80[regelnummer]
Die verloochend sijn Prins.Ga naar voetnoot80
Te veel stof // is hier of,Ga naar voetnoot81
Dus wil ick 't kort make
Eer icker diep in rake,
Segh ick in myn besluytGa naar voetnoot84
85[regelnummer]
Dat de nacht valt te buytGa naar voetnoot85
Cleyne lof // verachtingh grof,
Ider hoort haer te laken
Want haer eyghe sakeGa naar voetnoot88
Die gheven sullicx uytGa naar voetnoot89
90[regelnummer]
Dat dit die waerheyt duyd.
Seyt hier ymandt teghen // die tijt op weghenGa naar voetnoot91
En gaet des nachts sijn gang,
Die 't snachts-gaen plegen // onversiens kregenGa naar voetnoot93
Som een bacxjen an haer wangh,Ga naar voetnoot94
95[regelnummer]
Nu wel an // laet ick dan
Het teghenwerp hooren,Ga naar voetnoot96
Ick sal met open ooren
Opmerck nemen vroetGa naar voetnoot98
Mijn werck neemt in 't goetGa naar voetnoot99
100[regelnummer]
Een klerck leeren moet.Ga naar voetnoot100
|
|