Groot lied-boeck
(1975-1983)–G.A. Bredero– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 62]
| |
In 1622 blz. 11, linkerhelft
| |
[pagina 63]
| |
VII Een oudt Bestevaertje, met een iong Meysjen
Stem: Pots hondert duysent slapperment, &c.
L.
O Jannetje mijn soete beck!Ga naar voetnoot1
Ey lieve blijft wat staen:
I.
Wat schortje, seght jy ouwe geck?Ga naar voetnoot3
Ick raetje laetme gaen.
L.
5[regelnummer]
Al 't gelt dat ghy hier leggen siet,
Dat is voor u al ree.Ga naar voetnoot6
I.
Wegh kael-kop, ick en soeck u niet,Ga naar voetnoot7
Dat jy soeckt, soeck ick mee.Ga naar voetnoot8
L.
Van landen, zanden, gelt en goed
10[regelnummer]
Soo ben ick machtigh rijck.
I.
Dat acht ick niet, o suffe bloed!
Ick wacht na mijns gelijck.Ga naar voetnoot12
L.
Het goed is 't daermen wel of vaert,Ga naar voetnoot13
Dus Meysjen weest gedwee,
I.
15[regelnummer]
Ghy zijt mijn al te oudt bejaert:Ga naar voetnoot15
Dat jy soeckt, soeck ick mee.
L.
Och kijntjen geefje mijn een soen,
Ick geefje al dit gelt.
I.
Dat sal ick wel een ionger doen,
20[regelnummer]
Al gaf hy niet en spelt.Ga naar voetnoot20
| |
[pagina 64]
| |
L.
Gelooft, Lief, dat ick u versoeckGa naar voetnoot21
Ter eeren en ter Ee,Ga naar voetnoot22
I.
Wegh, wegh, wegh Hansjen hangebroeck:Ga naar voetnoot23
Dat jy soeckt, soeck ick mee.
L.
25[regelnummer]
Ick sel jou koopen watje lust,Ga naar voetnoot25
En doen wat jy gebiedt.
I.
Ey Lammert Vaertje houdtje rust,Ga naar voetnoot27
Want jy en dientme niet:Ga naar voetnoot28
Waer jy maer twintigh jaren oudt,
30[regelnummer]
Misschien of icket dee:Ga naar voetnoot30
Maer nou so zydy oudt en koudt:
Dat jy soeckt, soeck ick mee.
Dit is een Lansjen na mijn sin,Ga naar voetnoot33
Vol vrolijckheyd en vreught,
35[regelnummer]
Die ick niet om sen goed bemin,
Maer om zijn ionge ieught:
U krachten die zijn oudt en af,
Dus laetmen in mijn vree:
En vrijd geen Vryster, maer een graf:
40[regelnummer]
Dat jy soeckt, soeck ick mee.
L.
Mijn dochter laet dees mellick-muyl,Ga naar voetnoot41
En neemt een deftigh man.Ga naar voetnoot42
I.
Och nam ick sulcken ouwen uyl,
Wat raed ging my dan an?Ga naar voetnoot44
| |
[pagina 65]
| |
45[regelnummer]
'k Sou immers by u levend lijf,Ga naar voetnoot45
(Waer vintmen meerder wee?)
U Maegt zijn, en u Weeuw, jou Wijf:Ga naar voetnoot47
Dat jy soeckt, soeck ick mee.
Vaert wel dan ouwe Rochelaer,Ga naar voetnoot49
50[regelnummer]
Ick blijf by mijns gelijck:
Weet jy niet salige Beste-vaer,Ga naar voetnoot51
Dat Wie genoeght is rijck?Ga naar voetnoot52
L.
Ey staet toch stil, God segen ongs,Ga naar voetnoot53
Verhoort doch dees mijn bee.
I.
55[regelnummer]
Ay Lammert-Vaer jy soeckt wat jongs:
Dat jy soeckt, soeck ick mee.
|
|