De voc voerde als eerste opium in ‘om de Javanen verslaafd te maken’, Piet Hein was de ‘grootste rover’, de Nederlanders hebben moordpartijen op Atjeh begaan en Nederland is het ‘grootste dopehuis ter wereld’. Het publiek hoonde en joelde. Met betrekking tot Nederland voorspelde de propagandist in slepende tonen: ‘Het schip zal slagzij maken, het zal niet lang meer duren.’
Vervolgens trad er een reeks burgers op die ‘spontaan’ de leider hun steun wilden betuigen. Schokkender dan de oude man die bereid was wel ‘tien Nederlanders te lynchen’, was een jongeman die zei: ‘Ik ben pas eenentwintig. Maar één ding weet ik zeker: Bouterse heeft voor mijn ogen nooit mensen vermoord. En van horen zeggen word je niet wijs.’
Daarna betrad Bouterse het podium, begeleid door het nummer ‘In the Mood’. ‘Heb je ooit een indiaan met stress gezien?’ sprak hij zijn aanhang moed in. Eerlijk gezegd heb ik ook hartelijk gelachen en waardeerde ik hem - net als iedereen - als conferencier. Bouterse hield zijn bekende peptalk-show, waarbij hij zijn directe tegenstanders te kakken zette.
‘Hij weet veel van me,’ gaf hij toe over de Nederlandse procureur-generaal Docters van Leeuwen. ‘Maar niet dat mijn grote hobby schaak is. Als hij één zet doet, dan heb ik er al zeventien gedaan. Systeem.’
Terwijl Bouterse op volle toeren draaide en het publiek juichte, was het net of ik me in een onwerkelijke trip bevond. De vlaggen, de draperieën langs de muren, de ordewacht in het zwart, de indoctrinatie en Nederland als zondebok. Maar bovenal die decibellen. Kortom, een entourage waarvan ik echt even tegen mezelf moest zeggen: ‘Dit is Suriname, jouw geboorteland, op de drempel van het jaar 2000.’ En toen het volk weer voldoende opium binnen had en Bouterse uiteindelijk nergens inhoudelijk op in was gegaan, verliet hij het podium onder de tonen van de gabberachtige Caribische hit ‘Follow the Leader’. Velen hosten mee.