Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde
(1888-1891)–F. Jos. van den Branden, J.G. Frederiks– Auteursrecht onbekend[Jan Pook]Pook (Jan), een volksdichter uit de eerste helft der vorige eeuw, die in den geest van Jan van Gijsen (blz. 279) de gebeurtenissen van den dag berijmde en een zeer werkzaam aandeel nam in de tooneeltwisten van zijn tijd, schreef: Rommel-zoodjen, bestaande in verscheiden en boertige heldenzangen, nevens deszelvs drie Harlequins met de Rarekiek, vertonende de gevallen des oorlogs in 1708, Amst. 1709; De dood van Eigenbaat, uytgegeven door het kunstgenootschap: Nil volentibus arduum, enz., zinnespel, zynde een vervolg op het zinnespel van Tieranny van Eigenbaat, Amst. z.j., zie art. Pels, blz. 600; Harlequin, reisende met zijn Rarekiek van Wijnendaal en Rijssel naar de Amsterdamsche kermis, en van daar terug naar de grenzen van Vrankrijk, latende op een geestige wijs in drie vertooningen zien, het voorgevallene van den 28 Sept. tot het eynde van 't jaar 1708. Agter aan zijn gevoegt eenige vreugdeliederen en zegezangen, over de gelukkige veldtocht van 't zelfde jaar, door verscheyden liefhebbers saamgesteld, met figuren, Amst. 1709; De Hollebollige lagchende Dokter, of de bereysde Hans Zing-Zang, verhalende al de gevallen van zijne reize door de Wereld, kamerspel, 2e stuk met den verrezen Pasquyn, Amst. 1710; Tymon, of de schijnmenschen-hater, zinnespel, Amst. 1710; Hans Koekop of de gemaakte waterzucht, kluchtspel, Amst. 1712; Eerste Hekel-Dicht aan Reinhart, toegepast op de vergenoegsaamheit, Amst. 1712; De gelukte list op Driekoningenavond, kluchtspel, Amst. 1715; De Harlequin, enz. [over de gebeurtenissen van] 1727-'29, Amst. 1729; id. in Aug. en Zept. 1749, Amst. 1749. |
|