[Margaretha van Godewyck]
Godewyck (Margaretha van), oudste dochter van den vorigen, geb. te Dordrecht 31 Augustus 1627, was een der beschaafdste vrouwen van haar tijd; zij beoefende het Hebreeuwsch, Grieksch, Latijn, Fransch, Engelsch, Italiaansch en Hoogduitsch, was bekwaam in het schilderen, schrijven op glas, borduren en de muziek, en vervaardigde Latijnsche, Fransche en Nederd. gedichten, welke meerendeels onuitgegeven zijn; enkele er van zijn opgenomen in Schotel's Letter- en oudheidk. Avondstonden, bv. het gedicht: Op de Naukeurige Beschrijvinge van Dordrecht, door den vermaarden Matthijs Balen, enz. De door hare tijdgenooten hooggeschatte ‘Dordsche parel’ overleed ongehuwd, 2 Nov. 1677.