Verzamelde gedichten(1965)–Willem Brandt– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 215] [p. 215] Het verzuimde Doden van aanstonds, gedenkt het uur dat hier zwerfkeien, holen door puinhopen versperd, duivelskuilen het laatste gebied zullen zijn; naakte rotsen, stalagmieten en verstarde gordijnen, een steenbrokkelige hand. Zie, de resten van plantleven hebben zich in doodskramp tot pollen verenigd, de laatsten der aasvogels wijzen ons klapperend de schroeiende weg, holocaustum, verknekelde dieren, woud valt tot asregens uiteen. Doden van aanstonds, gedenkt hoe dan tussen verwoeste lianen diep in het ravijn in een rotsblok hier een hand het verloren gegane eerste woord heeft gekerfd, en het laatste: broeders. Vorige Volgende