Verzamelde gedichten(1965)–Willem Brandt– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 119] [p. 119] Zend nu een duif Wist je niet dat de zondvloed nog bestaat? Wij beven op de bodem van het water, glazige ogen, scherpe handenvinnen en een verstikte keel, en niemand hoort het warme kloppen van zijn bloed vanbinnen. Er groeien algen in de kalverstraat. Er drijft veel dode vis op 't leidseplein, en auto's roesten op parkeerterreinen; wij zijn achter onbreekbaar glas verdronken, dagbladen wapperen het slijmerig sein der kwalpoliepen rond de diepgezonken rotsholen van cement. Te laat, te laat. Waar zwerft de laatste dichter met zijn boot? Ergens moet nog een berg de vloedstroom breken; zend nu een duif uit om het eerste teken, dicht ons het groene leven uit de dood. Vorige Volgende