Verzamelde gedichten(1965)–Willem Brandt– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 33] [p. 33] Autotocht op Sumatra De zon slaat vuur en vonken uit het chroom, het netvlies scheurt, ik voel het hart verlammen. Mijn plymouth zweeft tussen de grijze stammen van duizend-één hectaren rubberboom. Apen springen spookachtig uit het woud als gnomen om mij te verongelukken en gillen krijsend als het niet gelukken wil en mijn hand het klamme stuur vasthoudt. Een klein stuk hemel, witgloeiend in brand, het asfalt ziek met zwart-gesmolten gaten; achter het glas verschroei ik mijn gelaat en ik tel de bleke druppels op mijn hand. Als hart en motor nu maar niet afslaan in drie jaar of driehonderd kilometer; ik moet althans nog één ding morgen we ten: of er al sneeuw lag op de Kalfjeslaan. Vorige Volgende