Het poëtisch programma van Tachtig
(1968)–J.C. Brandt Corstius– Auteursrechtelijk beschermdJ.C. Brandt Corstius, Het poëtisch programma van Tachtig. Een vergelijkende studie. Athenaeum-Polak & van Gennep, Amsterdam 1968.
-
-
gebruikt exemplaar
exemplaar universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: G 750 11
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt een diplomatische weergave van Het poëtisch programma van Tachtig. Een vergelijkende studie van J.C. Brandt Corstius uit 1968.
redactionele ingrepen
p. 52: whic his → which is; ‘the influence which is moved not, but moves’.
Bij de omzetting van het oorspronkelijke tekstverwerkingsbestand naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen, maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's zijn niet opgenomen (II, VIII).
[pagina ongenummerd (p. I)]
Het poëtisch programma van Tachtig
[pagina ongenummerd (p. III)]
J.C. Brandt Corstius
Het poëtisch programma van Tachtig
Een vergelijkende studie
Utrechtse Publikaties
voor Algemene Literatuurwetenschap
Athenaeum - Polak & Van Gennep Amsterdam 1968
[pagina ongenummerd (p. IV)]
De Utrechtse Publikaties voor Algemene Literatuurwetenschap staan onder redactie van J.C. Brandt Corstius en H.P.H. Teesing
© 1968 Instituut voor Algemene Literatuurwetenschap van de Rijksuniversiteit te Utrecht.
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotocopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgevers.
No part of this book may be reproduced by print, photoprint, microfilm or any other means, without written permission from the publishers.
Boekverzorging: Jacques Janssen, GKf
Druk: Koninklijke Drukkerij Van de Garde N.V., Zaltbommel
[pagina VII]
Inhoud
Voorwoord | V |
I Dichters over poëzie | |
1. Poëtische programma's | 1 |
2. Het programma van Tachtig | 5 |
II De nieuwe poëzie en de literatuurgeschiedenis | |
1. Literatuurhistorisch perspectief en de nieuwe poëzie | 9 |
2. De jongeren en hun tegenstanders | 14 |
3. De regeneratieve functie van de buitenlandse poëzie | 17 |
III De nieuwe poëzie en de literaire kritiek | |
1. Scepticisme? Wetenschap? Kunst? | 21 |
2. De positivistische wetenschap van de literaire kritiek | 25 |
3. De wetenschap van taal-en verswaarden | 28 |
4. Begripsverwarring over de verbeelding | 32 |
IV De nieuwe poëzie en de verbeelding | |
1. Poëzie is verbeelding | 34 |
2. Romantiek en Symbolisme | 38 |
3. Kloos en Leigh Hunt | 41 |
4. Kloos en Wordsworth | 45 |
5. Kloos en Shelley | 50 |
V De nieuwe en de oude poëzie | |
1. Kloos, Pierson, Huet | 54 |
2. Het nieuwe: interpretatie en accentverschuiving | 62 |
3. Dichter-gedicht-lezer | 64 |
4. Aandacht voor de vorm | 68 |
Conclusie | 73 |
Bijlage: tekst Inleiding 1, ed. 1882 | 78 |
Summary | 87 |