sublimeerde pottenkijker,
vriend van artisjokken, zoutevis, het haasje en zelfs van de bouillabaisse,
‘Marseilles groot geheim’. Het geestelijk genot van een kookboek als dit is zo
intens, dat men na lezing van de 100 avonturen pollepel toe kan met droog brood
als avondmaal. Aaltje de onzuinige keukenmeid zal er echter wel anders over
denken en de kookboekpoëzie van Buning fluks in de realiteit der pan omtoveren.
26 April 1940. Onlangs beklaagde zich iemand bij mij, omdat
hij een recept van de dichter-kok Werumeus Buning had trachten op te volgen; hij
had een pan lichtbruin geroosterd, er wat uien op gefruit, een sherrycobler
toegevoegd en toen maar eens afgewacht. Het resultaat was volgens hem volstrekt
niet wat Werumeus Buning er in zijn kookboek van voorspelde; het had iets van
omelet moeten worden, maar het bleef een lichtbruin geroosterde pan, die er wat
schimmelig uit zag, enigszins beschadigd rook, maar niet heel fris.
De les, die men uit deze onware geschiedenis leren kan, is, dat men de kookboeken
van dichters alleen aan degelijke deskundigen in handen moet geven om er mee te
koken. De gewone mens leest ze nl. als litteratuur; wat Maria
Lécina is voor de erotische fantasie, dat zijn de Avonturen met een Pollepel voor de verbeeldingskracht der maag; men
zwelgt in de visioenen, die de pollepelaar oproept, en voor de practijk bepaalt
men zich tot Martine Wittop Koning. Toch moet het mogelijk zijn aan de hand van
Werumeus Buning keukenpietenland te betreden, maar men moet dan stevig
gepantserd zijn tegen de litteraire jus, waarmee deze virtuoos zijn materiaal
overgiet. Hij romanceert zo smakelijk, dat men onwillekeurig meer aan de
qualiteitten van het proza dan aan het gasfornuis denkt, waarvan het toch op een
of andere manier de gesublimeerde vrucht is. Men zegt wel eens, dat de
beschrijving van ‘gedurfde dingen’ een soort uitleven op papier is; welnu, zo
leeft ook deze kok zich op het papier uit, en wellicht komt dus alles, wat hij
in werkelijkheid niet gekookt heeft, in de gedurfdste vorm in
zijn kookboeken te staan. Maar hier is hij dan ook inderdaad een culinair
avonturier, zoals hij in zijn recepten aan ons verschijnt: als tyran over de
biefstuk, als theo-