men een schaakpartij noteren op een wijze,
die aan het notensysteem in de muziek doet denken, het fictieve van deze kunstschepping op de 64 velden blijft altijd zozeer op
de voorgrond staan, dat men er zich wel eens over verbaast, hoe iemand zich de
concentratie van een kwartier en meer op één zet kan permitteren zonder
onderwijl plotseling in daverend lachen om zijn eigen ernst uit te barsten. De
kunst heeft een inhoud, die het schaakspel mist; zelfs de
muziek, die scheiding van vorm en inhoud niet toelaat, omdat de associaties door
haar opgewekt uiterst subjectief zijn, dankt haar invloed op het menselijk leven
aan de mogelijkheid van het associatiesscheppen. Zo heeft op haar beurt de
wetenschap een doel (ook al doet zij wel eens, of zij zonder
doel wil opereren), dat aan het schaakspel vreemd blijft; dat doel kan practisch
zijn (zoals b.v. in de medische wetenschap), het kan ethisch zijn (zoals het dat
in de periode der Aufklärung was), het kan ook zuiver theoretisch zijn
(vermeerdering van kennis etc.); maar zodra de wetenschap zuiver en alleen als
schaakspel wordt beoefend, verliest zij haar dwingend en bindend karakter; want
het schaken mist, alle studie over begin- en eindspelen ten spijt, dat dwingend
en bindend karakter, omdat het niet toepasbaar is (en ook niet wil zijn) op de
werkelijkheid en zelfs zonder hypothetische toepasbaarheid volkomen uit kan.
Wat zou men dus moeten antwoorden aan de te goeder naam en faam bekend staande
persoon? Mijns inziens dit: het schaakspel is het allerbeste bewijs voor de
spelondergrond van onze cultuur, omdat het zich handhaaft als spel en zich toch,
zowel in zijn constructie als in de geestelijke ‘standing’ van zijn beoefenaars,
overal tegen kunst en wetenschap ‘aanvlijt’. Het schaakspel is de meest actuele
vorm van protest tegen de scholastiek, die door woorden wil
indelen en afscheiden, wat zich aan indeling en afscheiding onttrekt. Het
schaakspel is, met andere... woorden, de in stukken en velden geformuleerde
gelijkenis van de cultuur in het algemeen, die haar spelkarakter niet kan
verloochenen en er toch steeds naar streeft het spel in de ‘ernst des levens’ om
te zetten.