immers alles om dien Mosjoukine, die alleen al door zijn aanwezigheid een maatschappijtje van burgerlijk verworden en geconsolideerd huwelijksgeluk in de war stuurt, die deze ingewikkeldheden slechts heeft uitgevonden om de kinderlijkheid en, soms, kinderachtigheid van het ‘verterend vuur’, dat liefde heet, met de hautaine meerderheid van zijn blik te bestrijken. Hij speelt met de vrouw van zijn opdrachtgever, gelijk een ander zich met een schoothond zou vermaken; en, ja, tenslotte verliest hij er de zelfbeheersching bij en moet voor zijn moeder... kiespijn veinzen, om het hooge geluk van de liefde te maskeeren! Hij solt met anderen en uiteindelijk ook wat met zichzelf, zelfgenoegzaam en bewust tot in zijn laatste overgave aan de beminde. Zooals hij in haar droom al de niet aflatende, onverbiddelijke en eischende was, zoo wint hij haar in het daglicht als een vorst, met een grapje, een concessie die onmiddellijk weer teruggenomen wordt. In één woord: een geboren speler!
In ‘Le Brasier Ardent’ ziet men, hoe de au fond wreede gril, de gewetenlooze spot met de dufheid van afgedragen gevoelscostuums, reeds grenst aan de ijdelheid, die den lateren Mosjoukine eens naar het verderf van het succes zou voeren. Om anderen in hun belachelijkheid aan de kaak te stellen verheft hij zichzelf. Maar, welk een verschil tusschen dit werk en de latere onbeduidendheid! Nooit is hier de ironie over de zelfverheffing vergeten, nooit verzuimt de onoverwinnelijke zich hier ook zelf in de kleinheid van zijn verliefdheid den volke te toonen, nooit schakelt hij zijn eigen avontuur als puur heldendom uit. De spotter Mosjoukine ziet nog de betrekkelijkheid van zijn spot, door bij tijd en wijle als een kind over den grond te duikelen van vreugde! Aldus werd ‘Le Brasier Ardent’ een hoogmoedige, maar toch niet ongevoelige film, een berekende spotternij, die toch niet cerebraal aandoet, integendeel, overal plastisch en zinnelijk zich in het avontuur van de liefde verliest, om er telkens weer grinnekend om zichzelf uit op te duiken.
Als filmpoging is deze Mosjoukine niet volmaakt; er