Duits offensief in Westen
Duitse infanterie tijdens haar opmars naar het front aan de Somme, waar de Duitse legerleiding een groot voorjaarsoffensief wil ontketenen.
BERLIJN, 21 maart - Over een 70 kilometer breed front ten noorden van Saint-Quentin zijn Duitse troepen vandaag de aanval begonnen. Deze richt zich in de eerste plaats tegen de hier gelegen Britse troepen. Generaal Ludendorff die het front grondig heeft geïnspecteerd, hoopt met deze aanval een wig te drijven tussen Britse en Franse linies en de Engelsen naar de Kanaalhavens terug te jagen.
In de vroege ochtend hebben de Duitsers met 6608 stuks geschut en 3534 mijnenwerpers het vuur geopend. Met dit massale bombardement dat vijf uur duurde, forceerde het Duitse leger een eerste doorbraak. De aanvalstactiek steunt in enkele opzichten op nieuwe methoden.
Door nauwkeurige geografische en meteorologische arbeid kon het dagenlange ‘inschieten’ achterwege blijven. Bovendien maken de troepen nu gebruik van lichte machinegeweren en mobiele mijnen- en vlammenwerpers, die het overrompelingseffect vergroten.
De aanval van vandaag wordt door generaal Ludendorff beschouwd als een laatste, beslissende slag. Duitsland heeft intussen in het Oosten door de bolsjevistische machtsgreep en de vrede van Brest-Litovsk de vrije hand. Nu de Amerikanen Duitsland de oorlog hebben verklaard is het zaak om in het Westen de strijd te beslechten voordat de Amerikaanse troepen aan de oorlog kunnen deelnemen. De Siegfried-linie heeft tot nu toe weliswaar goed gefunctioneerd, maar Ludendorff voelde er niets voor om daarom nu vredesvoorstellen aan het Westen te doen. ‘Voor ons’, aldus Ludendorff, ‘is er geen keuze tussen vrede en oorlog, zolang wij naar een sterk en beveiligd vaderland streven.’