Britten lijden nederlaag bij Koet al Imara
KOET AL IMARA, 29 april - De Britten hebben in het Midden-Oosten een ernstige nederlaag tegen de Turken geleden. Generaal Charles Townsend, die zich met zijn troepen in Koet al Imara had teruggetrokken, heeft zich vandaag aan zijn Turkse belegeraars overgegeven.
De stad was op 29 september 1915 zonder veel strijd door de Britten op de Turken veroverd. De Britten maakten zich daarom op naar Bagdad door te stoten. Generaal Townsend, die twijfelde of een verdere opmars logistiek wel verantwoord was, kreeg van zijn regering toch opdracht naar Bagdad op te trekken. Op 22 november viel het Britse leger een sterke Turkse stelling bij Ctesifon, ten zuiden van Bagdad, aan. Dit werd een volledig fiasco: 4000 van de 12 000 Britse militairen werden uitgeschakeld. Townsend en zijn mannen werden naar Koet terruggedreven. Pogingen om het beleg van de stad te breken faalden driemaal, evenals een bemiddelingspoging van de Britse agent T.E. Lawrence.
De situatie in de stad verslechterde snel. De rantsoenen moesten worden ingekrompen en de Indische troepen raakten sterk ondervoed doordat het merendeel ervan op religieuze gronden weigerde paardevlees te eten. Enkelen stierven de hongerdood, anderen probeerden te deserteren.