Testament von Schlieffen
BERLIJN, 26 december - In Duitsland is een plan bekend geworden over de wijze waarop Duitsland in geval van een oorlog op twee fronten te werk zou kunnen gaan. Het is afkomstig van de scheidende chef van de generale staf, Alfred graaf von Schlieffen. De 72-jarige veldmaarschalk heeft in zijn concept, dat al jaren in hoge militaire kringen circuleert, voorrang verleend aan het westelijk front. Hier zou de vijand moeten worden verslagen, voordat de vijand in het oosten zijn troepen zou hebben geformeerd.
De tactiek aan een eventueel westfront betekent een verdere ontwikkeling van de krijgskunst van de tweezijdige omsingeling van de tegenstander. Zwaartepunt dient volgens het Schlieffenplan te liggen op de noordflank van het Duitse front. Deze zou over de noordflank van de Franse troepen heen het Franse leger tegen de Zwitserse grens aan moeten drukken, en vervolgens tot overgave moeten dwingen.
Aan het oostelijk front zou volgens von Schlieffen voorlopig een strategisch defensief plan moeten worden gevolgd. Daarvoor zou dan ook maar een minimum aantal troepen ter beschikking moeten worden gesteld. Het Schlieffen-plan gaat ervan uit dat de tsaristische legers meer dan twee maanden nodig hebben om op oorlogssterkte te komen. Tegen de tijd dat het zover is, zou het Duitse leger in het westen de zege al moeten hebben geboekt en naar het oostfront worden overgebracht. Het ver ontwikkelde spoorwegnet kan hierbij de mobiliteit van de troepen vergroten. Gevaarlijk wordt het echter, wanneer Groot-Brittannië Duitsland de oorlog zou verklaren, terwijl dat land zijn legers aan het oostfront heeft geconcentreerd. Aldus zou er een nieuw westfront ontstaan.