Praeludiën(1902)–P.C. Boutens– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 71] [p. 71] [Hoe zullen ooit mijn oogen boeten] HOE ZULLEN ooit mijn oogen boeten Zonde van tranen vóor u geschreid Al hoorde ik al dien tijd Den zilverregen uwer naderende voeten? 'k Heb niets dan tranen. Kunnen nieuwe tranen heilgen Dit huis door oude lang ontwijd? Wat bant de donkerwijlge Weêuwen Wanhoop en Hartespijt?... Ik zag de zon door tranen, En de maan is een maan van weenen, En moede sterren glans-verschenen Zwermen haar blinde banen... [pagina 72] [p. 72] Zeg wat ik diep hoor als Gods stem Met uw stem, dat ik 't mag gelooven: Dat God nog licht heeft boven Den dag die daalt en keert tot Hem. Vorige Volgende