Carmina(1912)–P.C. Boutens– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 139] [p. 139] Sonnet ‘De toetssteen dient de deugd van 't goud te keuren: Zoo is de nood de toetssteen van den vriend, Die pas nadien zijn kostbren naam verdient’... Hoe spreek ik 't uit? Wee wee wien 't moet gebeuren! Zoo felle smart voel ik mijn borst verscheuren Met foltering die telkens nieuw begint, Daar 't hart niet aanneemt wat het ondervindt: Hoe oude liefde al rechten kan verbeuren... [pagina 140] [p. 140] Slechts éen bedenken troost: ik heb vernomen Hoe wel in zee gestort een eerlijk man Nog vóor de schippers werd aan land gedragen. Ik ben in noodweêr over boord geslagen: Van 't veilig dek ziet gij mijn worstlen aan... Maar ik kan zwemmen en vertrouw te ontkomen. (Orlanduccio Orafo, fiorentino, sec. XIII) Vorige Volgende