geschonken. Vóór alles moeten ons lief zijn de psalmen, het gebed der Kerk bij uitstek; zij bevatten in kort bestek het gehele Oude Testament, zijn voorafbeeldende geschiedenis, zijn profetie en geestelijke lering, en dit alles in de vorm van gebeden waarin wij steeds nieuwe rijkdommen zullen ontdekken.
Zonder veel moeite kunnen wij lezen het boek der Spreuken, de Prediker, Wijsheid en Ecclesiasticus; eveneens de kleine historische boeken, Ruth, Tobias, Judith en Esther. De lezing der profeten begint men het best met Isaias en Jeremias.
Wil men de overige historische boeken met vrucht lezen en in het algemeen de grote gedachten der profeten leren verstaan, dan moet men goed doordrongen zijn van de grote motieven, waarop het Oude Testament steunt: de Belofte, het Verbond en de Wet, en men moet wel verstaan dat de eigenlijke betekenis van deze motieven gelegen is in de werkelijkheid, waarvan zij de voorafbeeldende verklaring zijn: de vervulling van de Belofte in Menswording en Verlossing, de vervulling van het Verbond in het geestelijke Israël der Kerk, en de vervulling van de Wet in de geestelijke liefdewet van het Nieuwe Verbond.
In de traditie van de monniken en de oude geestelijke schrijvers heet de lezing van de heilige Schrift de ‘lectio divina’, de ‘heilige lezing’. In het algemeen heeft men hieronder de lectuur van de Bijbel verstaan. Maar in het bijzonder werd en wordt deze benaming gebruikt voor de zeer bepaalde manier van lezing, waarbij lezing en beschouwend gebed met elkaar zijn verbonden. In deze zin is de ‘heilige lezing’ een bepaalde vorm van meditatie, waarbij de lezing telkens door een kortere of langere overweging wordt onderbroken. Niet iedere passage uit de heilige Schrift zal ons stof tot overweging bieden, omdat de eigenlijke betekenis er van ons dikwijls verborgen blijft. Maar somtijds zal een klein gedeelte, een enkele regel zelfs, voldoende zijn om onze gedachten op de beschouwing van de geestelijke waarheden richten. We kiezen hiervoor bij voorkeur de heilige Evangeliën, de Handelingen of de Brieven der apostelen. Ook deze meditatie beginnen we door ons in Gods tegenwoordigheid te plaatsen en bewust alle herinneringen aan onze zorgen en beslommeringen uit te bannen. En wij besluiten haar met een gebed, waarin we ons inzicht in Gods heil omzetten in goede voornemens en aan God de kracht vragen deze goede voornemens ook metterdaad na te komen.
‘Moge het goddelijk woord zich in ons vasthechten en onze harten doen ontvlammen, zodat wij bij het aanhoren er van kunnen zeggen: “Brandde ons hart niet in ons?” Dat wij daardoor van onze ongerechtigheden en zonden worden ontslagen en zo, rein geworden, met zuivere lippen en een zuiver hart en een geheel zuiver geweten dank brengen aan den almachtigen God in Christus Jesus, wien heerlijkheid is en macht in de eeuwen der eeuwen.’ (Origenes)