15 september
De smarten van de heilige Moeder Gods
In navolging van de Grieken, die in lange klaagzangen het lijden van Jesus' Moeder bezongen, zijn ook in het Westen gedurende de middeleeuwen de vromen Maria's smarten gaan vereren. Ook deze behoren tot het geheim van de Moeder des Heren. Want als wij er zeker van zijn, dat Maria door haar geloof en haar gehoorzaamheid er in heeft toegestemd de Moeder van den Verlosser te worden, dan moeten wij eveneens overwegen hoeveel droefheid haar dit goddelijk moederschap heeft gebracht en hoe zij ook in haar smarten den goddelijken Verlosser nabij is geweest; hoe zij met Hem één is geweest in zijn lijden. Haar smart is zo groot geweest als haar liefde. Maar door de kracht van haar geloof was er in haar medelijden geen spoor van zwakheid. Reeds de heilige Ambrosius overwoog, hoe de Moeder recht stond onder het kruis, door haar mateloze droefheid niet gebroken. De gehoorzaamheid, waarmede zij den engel betuigde dat zij er in toestemde de Moeder des Heren te worden, heeft zij op Golgotha niet verloochend. Ook onder het kruis heeft de Moeder deel aan het heilswerk van haar Zoon. Onder het kruis werd zij de Koningin der martelaren.
De droefheid van de Moeder Gods heeft haar hoogtepunt gevonden bij het lijden en sterven van haar Zoon. Als wij echter over haar zeven smarten spreken, bedoelen wij haar droefheid bij de voorspelling van Simeon, bij de vlucht naar Egypte, toen zij haar twaalfjarig kind verloren waande (of toen Hij afscheid van haar nam bij het begin van zijn openbaar leven), bij de ontmoeting op de kruisweg, bij Jesus' dood aan het kruis, bij de kruisafneming (of bij de doorsteking van Christus' hart) en bij de begrafenis van zijn gestorven lichaam.
Gedurende de Passietijd herdenken wij de smarten van de Moeder Gods op Vrijdag voor Palmzondag. De eigenlijke feestdag viert de kerk op 15 September.
Overweging over de woorden: Een zwaard zal uw ziel doorboren (van Paul Claudel) - Niet alleen haar geloof heeft de Maagd aan haar Zoon te bieden, niet uit dit voedsel alleen bestaat haar aandachtige en volledige toewijding; het bestaat uit haar droefheid. Dat zwaard, sinds de val de onafscheidelijke gezel onzer ballingschap; dat vleesverslindende zwaard, waarvan Jesus zelf zei dat Hij het aan de mensen kwam brengen - sint Jan zag het uit zijn mond komen, scherp en tweesnijdend; en sint Paulus noemt het als een van de vormen van den Heiligen Geest - Maria heeft het voor immer opgenomen en geborgen als een schat, midden door haar hart gestoken.
Zelf is zij het tegemoet gegaan als zijn prooi; namens heel het volk is zij de Gerechtigheid