| |
Getijden op het feest van de geboorte van de heilige Moeder Gods
Op 7 September bidden wij de Eerste Vespers, welke gelijk zijn aan de Vespers op 8 September, bladz. 1036, behalve de antifoon bi Magnificat die daar voor de Eerste Vespers is aangegeven.
| |
De lauden
Pater. Ave. |
Onze Vader. Wees gegroet. |
Deus, in adjutorium. |
God, kom mij te hulp. |
|
1 Ant. |
1 Ant. |
NATIVITAS gloriosae * Virginis Mariae ex semine Abrahae, ortae de tribu Juda, clara ex stirpe David. |
DE GEBOORTE * van de roemrijke Maagd Maria uit het geslacht van Abraham, gesproten uit de stam van Juda, uit het befaamde huis van David. |
De psalmen zoals op Zondag, bladz. 106.
2 Ant. Nativitas est hodie * sanctae Mariae Virginis, cujus vita inclyta cunctas illustrat ecclesias. |
2 Ant. Heden vieren wij * de Geboorte van de heilige Maagd Maria, wier roemvol leven alle kerken verlicht. |
3 Ant. Regali ex progenie * Maria exorta refulget: cujus precibus nos adjuvari mente et spiritu devotissime poscimus. |
3 Ant. Gesproten uit koninklijk geslacht * schittert Maria in luister; met aandrang smeken wij uit geheel ons hart door haar gebeden te worden bijgestaan. |
4 Ant. Corde et animo * Christo canamus gloriam in hac sacra solemnitate praecelsae Genitricis Dei Mariae. |
4 Ant. Met hart en geest * laat ons Christus lof zingen op deze heilige feestdag van de hoogverheven Moeder Gods Maria. |
5 Ant. Cum jucunditate * Nativitatem beatae Mariae celebremus, ut ipsa pro nobis intercedat ad Dominum Jesum Christum. |
5 Ant. Met vreugde * laat ons de Geboorte vieren van de heilige Maria, opdat zij voor ons ten beste spreke bij den Heer Jesus Christus. |
| |
| |
| |
Kapittel Eccli. 24, 14
Van de aanvang af, voor alle eeuwen ben ik voortgebracht, en ook in de komende eeuwen zal ik niet vergaan; en in zijn heilige woning verrichtte ik mijn dienstwerk voor zijn aanschijn. ℟. Gode zij dank. |
Ab initio et ante saecula creata sum, et usque ad futurum saeculum non desinam, et in habitatione sancta coram ipso ministravi. ℟. Deo gratias. |
Lofzang O gloriosa virginum, bladz. 1088.
℣. Heden vieren wij de Geboorte van de heilige Maagd Maria. ℟. Wier roemvol leven alle kerken verlicht. |
℣. Nativitas est hodie sanctae Maria Virginis. ℟. Cujus vita inclyta cunctas illustrat ecclesias. |
Ant. De Geboorte op deze dag * laat ons plechtig vieren van de Moeder Gods Maria altijd Maagd, door wie de verhevenheid van de Troon naar buiten is getreden, alleluja. |
Ant. Nativitatem hodiernam * perpetuae Virginis Genitricis Dei Mariae solemniter celebremus, qua celsitudo throni processit, alleluja. |
Lofzang Benedictus, bladz. 1089.
Heer, verhoor. |
Domine, exaudi. |
|
Laat ons bidden. - Schenk aan uw dienaren, vragen wij, Heer, de gave der hemelse genade; opdat hun, wien het Moederschap van de Maagd het begin van het heil is geweest, het plechtig feest van haar Geboorte vermeerdering van vrede verlene. Door onzen Heer. |
Oremus. - Famulis tuis, quaesumus, Domine, caelestis gratiae munus impertire: ut, quibus beatae Virginis partus exstitit salutis exordium, Nativitatis ejus votiva solemnitas pacis tribuat incrementum. Per Dominum nostrum. |
|
Heer, verhoor. |
Domine, exaudi. |
Zegenen wij. |
Benedicamus. |
Dat de zielen. |
Fidelium animae. |
| |
De vespers
Onze Vader. Wees gegroet. |
Pater. Ave. |
God, kom mij te hulp. |
Deus, in adjutorium. |
|
1 Ant. |
1 Ant. |
DE GEBOORTE * van de roemrijke Maagd Maria uit het geslacht van Abraham, gesproten uit de stam van Juda, uit het befaamde huis van David. |
NATIVITAS gloriosae * Virginis Mariae ex semine Abrahae, ortae de tribu Juda, clara ex stirpe David. |
| |
| |
De psalmen zoals op de feesten van de heilige Moeder Gods, bladz. 1111.
2 Ant. Nativitas est hodie * sanctae Mariae Virginis, cujus vita inclyta cunctas illustrat ecclesias. |
2 Ant. Heden vieren wij * de Geboorte van de heilige Maagd Maria, wier roemvol leven alle kerken verlicht. |
3 Ant. Regali ex progenie * Maria exorta refulget: cujus precibus nos adjuvari mente et spiritu devotissime poscimus. |
3 Ant. Gesproten uit koninklijk geslacht * schittert Maria in luister; met aandrang smeken wij uit geheel ons hart door haar gebeden te worden bijgestaan. |
4 Ant. Corde et animo * Christo canamus gloriam in hac sacra solemnitate praecelsae Genitricis Dei Mariae. |
4 Ant. Met hart en geest * laat ons Christus lof zingen op deze heilige feestdag van de hoogverheven Moeder Gods Maria. |
5 Ant. Cum jucunditate * Nativitatem beatae Mariae celebremus, ut ipsa pro nobis intercedat ad Dominum Jesum Christum. |
5 Ant. Met vreugde * laat ons de Geboorte vieren van de heilige Maria, opdat zij voor ons ten beste spreke bij den Heer Jesus Christus. |
| |
Kapittel Eccli. 24, 14
Ab initio et ante saecula creata sum, et usque ad futurum saeculum non desinam, et in habitatione sancta coram ipso ministravi. ℟. Deo gratias. |
Van de aanvang af, voor alle eeuwen ben ik voortgebracht, en ook in de komende eeuwen zal ik niet vergaan; en in zijn heilige woning verrichtte ik mijn dienstwerk voor zijn aanschijn. ℟. Gode zij dank. |
Lofzang Ave maris stella, bladz. 1117.
℣. Nativitas est hodie sanctae Mariae Virginis. ℟. Cujus vita inclyta cunctas illustrat ecclesias. |
℣. Heden vieren wij de Geboorte van de heilige Maagd Maria. ℟. Wier roemvol leven alle kerken verlicht. |
Ant. Nativitas tua, * Dei Genitrix Virgo, gaudium annuntiavit universo mundo: ex te enim ortus est sol justitiae, Christus Deus noster: qui solvens maledictionem, dedit benedictionem, et confundens mortem, donavit nobis vitam sempiternam. |
Ant. Uw Geboorte * Moeder Gods en Maagd, heeft vreugde verkondigd aan geheel de wereld; want uit u is opgegaan de Zon der gerechtigheid, Christus onze God; die door de vloek te delgen ons zegening heeft geschonken en, door de dood te overwinnen, ons verrijkt heeft met eeuwig leven. |
| |
| |
Op 7 September in de EERSTE VESPERS:
Ant. Laat ons vieren * de allerwaardigste Geboorte van de roemrijke Maagd Maria, die de waardigheid van Moeder Gods heeft ontvangen en daarbij de maagdelijke ongereptheid niet heeft verloren. |
Ant. Gloriosae * Virginis Mariae ortum dignissimum recolamus, quae et Genitricis dignitatem obtinuit, et virginalem pudicitiam non amisit. |
Lofzang Magnificat, bladz. 1118.
Heer, verhoor. |
Domine, exaudi. |
|
Laat ons bidden. - Schenk aan uw dienaren, vragen wij, Heer, de gave der hemelse genade; opdat hun, wien het Moederschap van de Maagd het begin van het heil is geweest, het plechtig feest van haar Geboorte vermeerdering van vrede verlene. Door onzen Heer. |
Oremus. - Famulis tuis, quaesumus, Domine, caelestis gratiae munus impertire: ut, quibus beatae Virginis partus exstitit salutis exordium, Nativitatis ejus votiva solemnitas pacis tribuat incrementum. Per Dominum nostrum. |
|
Heer, verhoor. |
Domine, exaudi. |
Zegenen wij. |
Benedicamus. |
Dat de zielen. |
Fidelium animae. |
Onze Vader. |
Pater. |
De Heer geve ons. |
Dominus det nobis. |
En tot slot de antifoon Salve Regina, bladz. 202.
| |
Gebed, toegevoegd aan de geschriften van den heiligen Anselmus
Sta mij toe u te prijzen, heilige Maagd; geef mij kracht tegen uw vijanden, tegen den vijand van geheel het menselijk geslacht. Geef mij kracht u nederig aan te roepen. Door de verdiensten van uw heilige geboorte geef mij kracht u uit al mijn vermogen in mijn gebeden te loven, gij die zijt geboren als een zuivere vreugde voor geheel de christenheid, als de hoop van ons leven en onze vertroosting. Want toen gij geboren zijt, heilige Maagd, is geheel de wereld verlicht. Een zalige stam zijt gij en een heilige wortel, en gezegend is uw vrucht. Gij alleen hebt verdiend, vol als gij waart van den Heiligen Geest, als Maagd God te ontvangen, als Maagd God in uw schoot te dragen, als Maagd Moeder te worden, en Maagd te blijven ook na het baren. Heb medelijden met mij, zondaar; sta mij bij, o Meesteres, opdat, gelijk uw heerlijke geboorte uit het zaad van Abraham, uit de stam van Juda en uit het
| |
| |
roemrijke geslacht van David aan geheel de wereld vreugde heeft geboodschapt, deze ook mij met waarachtige vreugde vervulle, en reinige van alle zonde. Bid voor mij, zorgzame Maagd, dat de vreugdevolle blijdschap om uw heilige geboorte voor al mijn zonden tot een mantel strekke van vergeving.
| |
Strofen uit de getijden volgens de Byzantijnse ritus
Heden heeft God, die rust op de tronen der geesten, Zich op aarde een heilige troon bereid; die in wijsheid de hemelen heeft bevestigd, heeft Zich een levende hemel ingericht; uit onvruchtbare wortel immers heeft Hij ons doen ontspruiten een levendragende plant, zijne Moeder. Die de God zijt der wonderwerken en der hopelozen hoop, Heer, U zij lof.
Dit is de dag des Heren; jubelt, volkeren; want zie, de bruidskamer van het Licht en het boek van het Woord des levens is voortgekomen uit een schoot. De poort naar het Oosten is ter wereld gebracht, en ziet uit naar de intocht van den Hogepriester. Zij alleen zal alleen Christus doen uitgaan in de wereld, tot redding onzer zielen.
De Maagd en waarlijk Moeder Gods Maria is heden ons als een stralende wolk opgelicht, en wordt uit rechtvaardigen geboren tot onze heerlijkheid. Niet langer geldt nu Adams oordeel; Eva wordt van haar boeien bevrijd; en hierom roepen wij de enig reine met vertrouwen toe, en zeggen: Blijdschap verkondigt uw geboorte aan geheel de wereld.
In u, onbevlekte, wordt bezongen en verheerlijkt het geheim van de Drievuldigheid; want de Vader toont zijn welbehagen, het Woord heeft onder ons zijn woning opgericht en de Heilige Geest heeft u overschaduwd.
Wij vieren, onbevlekte, en eren vol geloof uw heilige geboorte, vrucht van de belofte; want daardoor zijn wij bevrijd van de vervloeking van ons aller vader, toen Christus is verschenen.
En de volgende lofzang, welke de Latijnse Kerk in haar liturgie heeft overgenomen (antifoon bij de lofzang ‘Magnificat’ in de tweede Vespers):
Uw geboorte, Moeder Gods, heeft vreugde verkondigd aan geheel de wereld. Want uit u is opgegaan de Zon der gerechtigheid, Christus onze God, die door de vloek te delgen ons zegening heeft geschonken, en door de dood te overwinnen ons verrijkt heeft met eeuwig leven.
|
|