vele gebeden voor alle overleden gelovigen en gebeden voor afzonderlijke overledenen, die men bijzonder wil gedenken. Uit deze gebeden, die vrijwel alle aan liturgische bronnen zijn ontleend, zullen velen er een of meer kiezen om ze toe te voegen aan hun dagelijkse gebeden.
VIII. In het achtste deel zijn samengebracht algemene en bijzondere smeekbeden voor de Kerk en de wereld, en voor velerlei noden. Op de Grote Litanie, het klassieke smeekgebed van de Westerse Kerk, volgen gebeden voor de belangen der Kerk, onder meer voor den Paus en de bisschoppen, voor priesters en kloosterlingen, voor de belangen van de Katholieke Actie, voor nieuwgedoopten en geloofsleerlingen, voor hen die vervolging lijden, voor zondaars, dwalenden en afvalligen; gebeden voor de eenheid der christenen, voor de verbreiding van het geloof en voor de missionarissen; ten slotte gebeden om Gods bijstand in te roepen tegen de kerkvervolgers. Vervolgens vindt men hier gebeden voor de regeerders, voor de eendracht tussen de maatschappelijke klassen en voor de vrede der volken. Andere afdelingen zijn nog: gebeden voor het huisgezin, gebeden om geestelijke gunsten te verkrijgen, gebeden voor anderen (hier zijn ook de gebeden voor de zieken bijeengebracht), gebeden bij openbare rampen en ten slotte enkele andere smeekgebeden, met als laatste het Reisgebed.
IX. Het negende en laatste deel is voornamelijk aan uiteenzettingen betreffende het christelijke leven gewijd. Het begint met een verhandeling over de beginselen van het christelijke leven, welke nader worden verklaard door een aantal passages uit geschriften van heiligen en geestelijke schrijvers. Vervolgens wordt afzonderlijk gehandeld over de betekenis en de verschillende vormen van het gebed (ook over de overweging en over het liturgische gebed), over de lezing van de heilige Schrift en over de retraite. De zieken vinden hier een opwekking over het goed gebruik van de ziekte en een aantal gebeden, die in het bijzonder voor hen zijn bestemd. Ook een verhandeling over de aflaten vindt hier een plaats. Met een uiteenzetting over de heiliging van het huiselijke leven wordt dit deel besloten.
Het is duidelijk, dat in de algemene opzet van het Groot Gebedenboek de uiteenzettingen van dit laatste deel niet kunnen worden gemist. Hier immers vinden wij een samenvattende schets van het christelijke leven, waartoe dit gebedenboek als handreiking moge dienen; hier ook wordt gehandeld over de geestelijke kunst van gebed en overweging, waartoe dit gebedenboek als werktuig moge worden benut.
De verschillende beschouwingen van dit laatste deel kan men gebruiken als teksten voor geestelijke lezing, in het bijzonder tijdens een retraite of bij gelegenheid van een andere geestelijke oefening. De enkele gedachten over het lezen van de heilige Schrift mogen den lezer opwekken zelf te naderen tot het geheim