‘Kan niet,’ zei vader. ‘Amsterdam is ingesloten, er vaart geen enkele trekschuit meer. Er kan niemand meer in of uit, het is een wonder dat deze brief nog aangekomen is.’
Toen pas besefte Margje dat ze echt belegerd werden, belegerd, ingesloten, zoals je wel las in oude verhalen
Ze liep naar beneden en vond daar de Friezen opgewonden pratend. Ze verstond er niets van, maar na een tijdje werd haar duidelijk waarom iedereen zo overstuur was. De Fransen hadden bericht gestuurd dat ze de patriotten niet zouden helpen. Wie zich in Frankrijk wilde vestigen was welkom, maar de koning stuurde geen soldaten naar Nederland.
Margje ging met Willem de straat op, daar was ook te merken dat er iets ging gebeuren. Bij het huis van de Franse consul stond een lange rij mensen die een paspoort voor Frankrijk wilden hebben. Over de verdediging van de stad praatte niemand meer. De patriotten waren alleen nog bezig weg te komen.
De gewone bevolking van Amsterdam maakte zich vrolijk over die zenuwachtige kezen.
Een paar dagen later gaf Amsterdam zich over aan de Pruisen.
De patriotten hadden alles verloren.
De wilde vlucht naar het buitenland begon.
In die verwarrende dagen werd de verjaardag van Willem helemaal vergeten. Niemand dacht eraan. Iedereen praatte over reizen en vluchten.
Margje zou met vader, moeder en tante Melanie terug gaan naar Gouda zodra er een trekschuit voer.
Onderling waren de patriotten het helemaal niet eens wat ze nu moesten doen. Nu bleek overduidelijk dat de patriotten wel ideeën hadden, maar geen organisatie kenden om die ideeën uit te voeren. Ook waren er allerlei soorten patriotten. Sommigen deden mee om de idealen van vrijheid en gelijkheid, anderen sloten zich aan omdat het in de mode was of zomaar voor de gezelligheid. Allen die vrijwillig soldaat waren geworden hadden gemerkt dat de oorlog niet leuk is.
Meelopers probeerden zo snel mogelijk van partij te veranderen. Men zag mensen met een oranjelint lopen, die jaren met de patriotten hadden meegedaan. Zij hoopten hun medeburgers er van te overtuigen dat ze in hun hart altijd bij Oranje hadden gehoord. Wat hadden de achterblijvers te vrezen?
Zij hadden deze Hollandse burgeroorlog verloren, wat zouden hun tegenstanders doen? Er was wel veel vernield en gestolen, maar er was