Limburg Brouwer, P.A.S. van
Petrus Abraham Samuel van Limburg Brouwer, Nederlands schrijver (Luik 15.11.1829 – Den Haag 13.2.1873). Zoon van Petrus van Limburg Brouwer. Van Limburg Brouwer studeerde rechten in Groningen waar hij in 1850 promoveerde. In 1852 publiceerde hij een stuk over Savonarola in De Gids, waarvoor hij daarna regelmatig bijdragen schreef. In 1855 werd hem een hoogleraarschap in de rechten in Groningen aangeboden, maar hij bedankte daarvoor. In 1856 aanvaardde hij een functie als wetenschappelijk ambtenaar bij het Algemeen Rijksarchief in Den Haag. Van 1864 tot 1867 was hij liberaal afgevaardigde in de Tweede Kamer, waar hij zich vooral om onderwijs en de relatie tot Nederlands Indië bekommerde. Als kenner van de geschiedenis, godsdiensten en wijsbegeerte van het oude Indië, waarover hij inmiddels in De Gids en andere tijdschriften publiceerde, werd hij in 1868 bestuurslid van het Koninklijk Intsituut voor taal-, land- en volkenkunde van Nederlands Indië.
Van 1854 tot 1865 maakte Van Limburg Brouwer deel uit van De Gids-redactie en vanaf 1860 ook van de Nederlandsche Spectator. Onder het pseudoniem Abraham van Luik schreef hij een aantal scherpe kritieken in het tijdschrift Nederland in 1869. Zijn tijdschriftbijdragen richten zich vooral op drie vakgebieden: Staatkunde, wijsbegeerte en letteren. Geleidelijk ontwikkelde Van Limburg Brouwer zich van fichteaan tot spinozist. Baanbrekend werk verrichtte hij voor de Spinozastudie en voor de kennis van de oosterse wijsbegeerte en godsdiensten. Daartoe leerde hij Sanskrit, Arabisch en Hebreeuws. Hij schreef een groot aantal studies over oosterse wijsgerige stelsels en over Indische letterkunde. Aan zijn belangstelling voor deze onderwerpen lag een vrijzinnig geloof ten grondslag, een overtuiging die hem het traditionele christendom als alleen zaligmakend deed afwijzen.
Tegen het eind van zijn leven schreef hij Akbar. Een oostersche roman (1872), waarin hij zijn grote kennis van de oosterse geschiedenis en levensvormen demonstreerde en tegelijk een literaire vorm gaf aan zijn wijsgerige ideeën. De roman werd vertaald in het Duits, Engels, Deens en Esperanto. P.N. van Eyck bezorgde in 1941 een uitgave van Akbar in de Bibliotheek der Nederlandse Letteren (BNL) en in 1984 verscheen de roman opnieuw in de Amstelpaperbacks met een nawoord van F. Engering.
Literatuur: BNTL; BWN; Oosthoek; WP-lexicon; C. Vosmaer, ‘Levensschets van Mr. P.A.S. van Limburg Brouwer’, in: Jaarboek Mij Ned. Letterkunde 1875 (1875), p. 19-49; Cd. Busken Huet, ‘Mr. P.A.S. van Limburg Brouwer’, in: Litterarische fantasien en kritieken (dl 16, 1883), p. 42-45; N. Maas, ‘P.A.S. van Limburg Brouwer en zijn oosterse roman Akbar´, in: Literatuur 1 (1984) 6, p. 336-341; R. Henrard, ‘P.A.S. van Limburg Brouwer en Spinoza’, in: Bzzlletin 13 (1984-1985) 121, p. 24-26; F.J. Laleman, ‘P.A.S. van Limburg Brouwer en de Tanhid-i-llahi: enkele aantekeningen bij Akbar, een bijna vergeten historische roman van een Hollandse indoloog’, in: Kruispunt 24 (1985) 94, p. 57-65.
G.W. Huygens en G.J. van Bork
[Aangevuld, februari 2008]