Ledeganck, Karel Lodewijk
Vlaams dichter en flamingant (Eeklo 9.11.1805 - Gent 19.3.1847). Ledeganck werkte aanvankelijk als arbeider in een linnenweverij, maar werd al spoedig hulpklerk bij het Gentse stadsbestuur. Die functie gaf hem de gelegenheid zich te ontwikkelen en vervolgens rechten te studeren in Gent. Hij wordt benoemd tot vrederechter en tenslotte tot inspecteur bij het onderwijs en hoogleraar aan de Universiteit van Gent.
Als dichter is hij al vroeg een in hoog aanzien staand lid van het plaatselijk literair genootschap, waar hij in contact komt met Prudens van Duyse en Frans Rens. In dit genootschappelijke milieu speelt hij een belangrijke rol en verwerft hij met zijn poëzie een aantal bekroningen. In Eeklo leert hij ook Jan Frans Willems kennen, die hem stimuleert en hem de weg wijst in de ontluikende Vlaamse Beweging.
In 1939 debuteert Ledeganck met de bundel gedichten Bloemen mijner lente, waarin het eerder gepubliceerde elegische gedicht ‘Het klavier’ uit 1836 is opgenomen. Hij schreef deze gedichten onder invloed van de Engelse en Franse romantiek (Byron en Lamartine). Later werk is pessimistischer van toon, zoals de grotere gedichten Het burgslot van Zomergem (1840) en De zinnelooze (1842). In 1852 verschenen postuum zijn kleinere gedichten in Verspreide en nagelaten gedichten.
Ledeganck werd vooral bekend met zijn dichterlijke trilogie De drie zustersteden (1846), gewijd aan Gent, Brugge en Antwerpen. Het werd zijn ‘dichterlijk evangelie der Vlaamsche Beweging’ genoemd en destijds beschouwd als hoogtepunt van de Vlaamse poëzie. Ledeganck zorgde er tevens voor dat veel Franstalige wetsteksten in België in het Nederlands werden vertaald.
In 1889 verschenen zijn Volledige dichtwerken en nog in 1942 werd een verzameling uit zijn poëzie samengesteld door P. de Smaele voor de Klassieke Galerij-reeks onder de titel Keurgedichten.
Literatuur: BNTL; Oosthoek; WP-lexicon; L. Opdebeek. Levensschets van Karel Lodewijk Ledeganck (1897); P. de Smaele, ‘Karel Lodewijk Ledeganck’, in: L. Elaut (red.). 100 groote Vlamingen (1941), p. 306-309; J. Crick. Karel-Lodewijk Ledeganck 1805-1847 (1944); ‘De Ledeganck-hulde ingericht door de Provincie Oostvlaanderen te Gent op 21 december 1947’, in: Cultureel jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen 1 (1947 [=1948]), p. 37-158; A. van Elslander, ‘Ledeganck herdacht’, in: Jaarboek Heemkundige Kring De Oost-Oudburg 12 (1975), p. 104-113; M. van Hulle (ed.).) Karel Lodewijk Ledeganck (1806-1847) (1997); P. van de Woestijne en H. Notteboom. Een dichter bij ons: Karel Lodewijk Ledeganck (1806-1847) (1997); P. van de Woestijne e.a. Leven en werk van Karel Lodewijk Ledeganck (1997).
G.J. van Bork
[Herschreven, januari 2008]