Laerhoven, Bob van
Vlaams prozaschrijver (Arendonk 8.8.1953). Van Laerhoven studeerde enige tijd Germaanse filologie aan de Katholieke Universiteit van Leuven en vervolgens aan dezelfde universiteit psychologie en pedagogiek, studies die hij evenmin voltooide. Daarna koos hij voor het schrijversvak en werd om in zijn onderhoud te voorzien hoofdredacteur van het Turnhoutse nieuws- en advertentieblad Turnhout ekspres.
Als prozaïst debuteerde Van Laerhoven met de roman Phobie in 1972. Daarin beschrijft hij een neurotische student die betrokken raakt bij een auto-ongeluk en die geplaagd wordt door hallucinaties. In deze roman speelt persoonlijke problematiek van Van Laerhoven een rol.
Grotere bekendheid kreeg Van Laerhoven daarna met science-fictionverhalen en –romans (Kip en vel (1973), Pluk mij, dappere! (1974), Van deftigen huize (1974) en De kokons van de nacht (1977)). In 1984 volgde een bundel misdaadverhalen onder de titel Hoogspanning.
Zelf is Van Laerhoven van oordeel dat hij pas vanaf 1985 als ‘literair auteur’ is gaan optreden met de roman Nachtspel, een psychologische roman over de onderbewuste drijfveren van de personages die hij beschrijft. In feite is de roman een voortzetting van het zelfonderzoek dat met Phobie begon en in deze roman een opvolger kreeg, evenals in de novelle Intiem bombardement (1990). Schizofrenie, macht en eenzaamheid spelen een rol in de psychologische thriller Schermen (1986) en de roman Het lange afscheid (1988). In Het lange afscheid wordt de existentiële crisis van de hoofdpersoon getekend tegen de historische achtergrond van het nazisme in Duitsland, in De stenen wachter (1990) tegen die van Chili ten tijde van Pinochet, in Intiem bombardement die van Pnom Penh en de Rode Khmer.
Van Laerhoven schijft ook voor kinderen. In 1991 verscheen Een lief mormel, verhalen over honden, katten en konijnen in de vorm van een stripverhaal. Daarna volgden onder meer Ongeluk in de mijn (1991), Robin redt Reintje (1992) en Snorkie wordt circus-artiest (1992).
In Nachtvlucht naar Peru (1992) beschreef hij zijn reis naar en door Peru in dagboeknotities, zoals hij andere reizen verwerkte in Ver van huis (1995). Vrijwel steeds hebben deze reisnotities tevens de zoektocht naar de eigen identiteit tot onderwerp. In Pendeljaren (1998) publiceerde Van Laerhoven zijn dagboeknotities uit de jaren 1993-1997. In 2005 verscheen weer een thriller met De vinger van God, in 2007 gevolgd door de misdaadroman De wraak van Baudelaire.
Literatuur: BNTL; Kritisch lexicon; Oosthoek; H. Bousset, ‘Historische fantasie’, in: Ons Erfdeel 33 (1990) 1, p. 122-123; P. van Aken, ‘Stemmen uit Latijns-Amerika’, in: Ons Erfdeel 33 (1990) 5, p. 746-747; S. van Laere, ‘De doorleefde strijd met de demonen’, in: Dietsche Warande & Belfort 137 (1992) 6, p. 763-768; P. Leeuwenkamp, ‘De façades van Bob van Laerhoven’, in: Cerberus (1996) 32, P. 14-19, 46; J. Diepstraten, [Over: Koperen Gaby (1996)], in: De kunst van het schrijven (2000), p. 385-387.
G.J. van Bork
[Nieuw, december 2007]