Brouwer, Johan
Johannes Brouwer, Nederlands historicus en prozaschrijver
(Rotterdam, Delfshaven, 31.5.1898 - Overveen 1.7.1943). Studeerde
Oosterse talen in Leiden en daarna in Groningen Spaans en Frans.
Tussen 1922 en 1928 zat hij in de gevangenis wegens betrokkenheid bij een moord. Promoveerde
in 1931 op een dissertatie over de Spaanse mystiek en schreef tal van historische studies, waarbij hij
o.m. de Nederlandse geschiedschrijving kon aanvullen met materiaal uit Spaanse bronnen; voorts
een reeks biografieën die eveneens voor de Nederlandse geschiedenis van belang zijn. Werd
katholiek. Koos tijdens de Spaanse burgeroorlog aanvankelijk de zijde van Franco, maar de ter
plaatse opgedane ervaringen deden hem spoedig partij kiezen voor de republikeinen, waarbij hij
overigens een open oog had voor het dreigende links-totalitaire gevaar.
Zijn romans, zoals het op de burgeroorlog geïnspireerde De schatten van Medina
Sidonia (1939, onder ps. Maarten van de Moer; herdrukt als In de
schaduw van de dood) en Vandaag geen spreekuur (1942, onder
pseudoniem Johannes Geerlinck), werden in de toenmalige literaire kritiek niet erg
goed ontvangen, maar na WO II nam de belangstelling voor het werk van Brouwer sterk toe. Dat
resulteerde in een heruitgave van zijn werk in Verzamelde werken (3 dln, 1956-1957). Opvallend
in deze werken zijn de paranormale elementen. Voorts verzorgde hij vertalingen, o.a. van Ortéga y
Gasset.
Brouwers historische roman Philips Willem (1940) werd tot verboden lectuur
verklaard. Wegens een aanslag op het bevolkingsregister in Amsterdam werd hij door
de Duitsers gevangen gezet en met zestien anderen gefusilleerd.
Literatuur: BWN; Oosthoek; WP-lexicon; S. Tas. Johan Brouwer. Outsider en bezieler
(1946); F. d'Arkeneel. In de ban van Johan Brouwer, een Utrechtse geschiedenis (1986); H.
Henrichs. Johan Brouwer, zoeker, ziener en bezieler. Een biografie (1989); R. Lemm, ‘Het
hispanisme van Johan Brouwer’, in: Maatstaf 39 (1991) 5, p. 50-60.
G. Stuiveling en G.J. van Bork
[ingrijpend gewijzigd, februari 2002]