Trudo, Leven van Sint
St. Trudo (625-ca 695) stichtte, na zijn studie in Metz,
in zijn geboortestreek een klooster, thans de abdij St. Truiden bij de
gelijknamige plaats. De oudste Vita Sancti Trudonis is die van Donatus,
abt van Metz (geschreven ca 785). Hierop gaan alle latere vitae in meerdere of
mindere mate terug. De belangrijkste, naast die van Donatus, is de Vita
die Theodoricus (abt van St. Truiden van 1099-1107) in 1093 te boek stelde. Een
Middelnederlandse vertaling van Donatus' werk is geheel bewaard gebleven. Het
Leven van St. Trudo, dat gebaseerd is op Theodoricus' Vita, is
slechts fragmentarisch overgeleverd. Van een berijmde vertaling bestaat nu nog
een perkamenten dubbelblad uit ca 1400; van een prozaoverzetting - die
gebaseerd is op de rijmtekst - zijn nog een dertigtal papieren bladen uit een
hs. uit ca 1470-1475 over.
Ook in later tijd sprak het leven van St. Trudo aan. In
1539 schrijft Gerardus Moringues een Latijnse Vita Sancti Trudonis,
confessoris apud Hasbanos. Tussen 1533 en 1558 maakt de Leuvense dominicaan
Christiaen Fastraets een bewerking voor toneel: Tspel van Sinte Trudo,
welke op haar beurt weer in het Latijn werd vertaald door Cruels van Gingelom
onder de titel Vita Sancti Trudonis, comedijs duabis ut plurimum
expressa. Nog in de 17de en 18de eeuw werden diverse levens van St. Trudo
geschreven.